11 maken en bovendien van geen gewiekt. Ook behoeft men bij eene botsing niet aanstonds te denken aan een rijdenden en een stilstaanden trein; beide kunnen in beweging zijn geweest. De Nederlanders verdedigden zich tegen het centraliseerende, nivelleerende stelsel van Philips II, maar eveneens tegen de methodes van de kapitalisten. Dat ons land zich van Spanje losrukte, kon men toejuichen, en nochtans niet ingenomen zijn met de kooplieden-oligarchie. Ook het oude Zeeland had zich naar twee kanten te verdedigen; in het kader van mijne studie valt minder nadruk op den strijd tegen den Spaansehen vijand dan op het verweer tegen het jonge Middelburgsche element, waarvoor in het nieuwe gebouw eene plaats moest worden ge vonden. Het leed van den oorlog is zeer ongelijk verdeeld geweest. Terwijl voor Tholen de Eendracht eene zwakke bescherming was, Mondragon zonder veel moeite naar Beveland marcheerde, en de Spanjaarden er zelfs in slaagden door het Zijpe naar Duivelaud en Schouwen te komen, was Walcheren alleen bereikbaar met be hulp van eene zegevierende vloot. Het water tusschen Walcheren en Beveland was destijds breeder dan nu, en de marine van Walcheren beheerschte de Zeeuwsche wateren. Dat ook dit eiland zwaar geleden had, was waar, maar men heeft hier toch eenigszins te doen met eene woordspeling. Op goede gronden moeten we aannemen dat tallooze inwoners van Walcheren opgehangen of in het water geworpen zijn, maar de overlevenden hadden de erfenis. Velen waren tijdens de onlusten uitgeweken en hunne goederen waren verbeurdverklaard, maar na de Pacificatie hadden de terug gekeerden zich in hun bezit hersteld gezien en vele kerkelijke goederen waren voor niet al te hoogen prijs in handen van nieuwe gelukkige bezitters gekomen. Toen Middelburg viel, hadden de oude notabelen moeten vertrekken, maar zij die in 1567 in ballingschap gegaan waren, kwamen daarvoor terug en begonnen een handel, die zooals gezegd groote voordeelen afwierp. Dan werd er aan oorlogsleveranties verdiend en aan koopvaart, waar schijnlijk ook aan smokkelarij op Vlaanderen in tijden van blokkade. Summa summarum, men had op AA alcheren bij veel oorlogsleed ook oorlogswinst, vooral in de kringen die iets te zeggen hadden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1918 | | pagina 57