16 regeering niet het monopolie van enkelen moest zijn, maar over meer personen behoorde te worden verdeeld. Zeker waren er nu meer personen die iets wisten, maar de bekendheid met de zaken ging minder diep. Prins Willem heeft de toepassing van het beginsel op den aan hem toegevoegden raad belet, en men kan dit begrijpen, want wat zou hij op het kaleidoscopisch staats- tooneel van dien tijd elk half jaar met een groenen Zeeuw aanvangen? Dat Middelburg het afgelegd heeft tegen Zeeland, schrijf ik ten deele aan de wisselende leiding toe t). Over Vlissingen en Veere wil ik kort zijn. Ons medelid, de heer Van Grol, archivaris van Vlissingen, heeft onlangs de aandacht gevestigd op het getuigenis van een reiziger uit 1568: „ik geloof niet, dat er boozer volk in 's Konings landen is dan hier binnen Vlissingen." De toestrooining van avonturiers in 1572 zal de rustlievende elementen nog verjaagd hebben; de vorige gemeente-archivaris heeft ons geleerd dat er maar één lid van het oude bestuur in het nieuwe overgegaan is, en wel iemand die een lijnbaan had, die dus in een tijd van scheepsuitrusting oorlogswinsten zal gemaakt hebben. Een eedsformulier als het Middelburgsche kennen we voor Vlissingen ook, eveneens weten we dat Vlissingen zoo goed ais Middelburg voor de Unie met Holland en voor de vervanging van de benoemde door gekozen 1) Kon de blijvende pensionaris het bezwaar ondervangen Ik betwijfel het in het algemeen, maar wijs er op dat Middelburg in dezen nog onfortuinlijk ge weest is. Het had de hand gelegd op een uiterst bekwaam man als pensionaris, Mr. Jan van den Warcke, maar deze was zoo bekwaam dat men hem jaren lang in Brabant gebruikte om Holland en Zeeland mee te helpen vertegenwoordigen, en dan ging hij in den dienst van Antwerpen over. In zijne plaats kwam Mr. Willem Roelsius. Groen van Prinsterer heeft het waarschijnlijk geacht Archives V. p. 417) of zelfs zeker (VI p. 51), dat deze een broeder is geweest van den pensionaris van Zeelaud. Uit de beide medegedeelde brieven blijkt dit echter niet met vol komen zekerheid, ook niet uit den volledigen tekst van den laatsten, dien Prof. KttaMER, directeur van het Koninklijk Huisarchief, mij verschaft heeft. Daar Chr. Roels 26 Mei 1581 van de Gecommitteerde Raden verlof ontvangen heeft om naar Antwerpen te gaan op de bruiloft vaa zijn broeder, vermoed ik eerder, dat de bewuste broeder geweest is Mr. Nicolas Roëls, controleur van den Zeeuwschen tol (b.v. Boek van Resolutionblz. 483). Indien Mr. Willem een broeder van de beide anderen geweest is, is het wel verwonderlijk dat ik nergens eene zinspeling op de verwantschap heb ontmoet. Wanneer het werkelijk het geval geweest is, kan de oppositie van de hoofdstad tegen het gewest er kwalijk van geprofiteerd hebben.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1918 | | pagina 62