21 Tusschen de twee vechtende partijen had Zierikzee in 1572 geweifeld. Men kan meenen, dat de sympathieën verdeeld waren, ook, wanneer men, gelijk ik doe, ongaarne aanneemt dat verantwoordelijke mannen zich laten leiden door sympathie, dat de meeningen verdeeld waren over de vraag wat hun plicht en het belang van de stad aan de magistraten voorschreef. Eerst wilden zij den Koning trouw blijven, doch nadat de Geuzen een voordeel behaald hadden, stelden zij zich onder Oranje. In 1575 aanvaardde Zierikzee het bondgenootschap met Holland, maar het stemde niet toe in de vereeniging met dat gewest onder het gouvernement van den Prins. Andries Jacobsz. de Jonge, dien we nog meer zullen ontmoeten, heeft in een brief aan de regeering van Middelburg, welke in het gemeente-archief bewaard is, zijn verontwaardiging er over geuit, dat Zierikzee alleen het hervormingsplan had doen mislukken. Maar, schreef hij er bij, wij zullen het er niet bij laten; inderdaad is Zierikzee in het volgend jaar overgehaald om toe te treden, maar dit was tijdens het beleg en lijkt dus eenigszins vi coacta te zijn geschied. Wat De Jonge nog te meer ontstemd had, was dat Zierikzee in het geheel geen reden voor de weigering opgegeven had. Mij lijkt dit onredelijke juist verstandig: wanneer een grootere aan een kleinen buurman een voorstel tot fusie van de huishoudingen doet, kan deze antwoordenik ontken niet de mérites van een centrale keuken, maar ik kook liever mijn eigen potje; zoodra hij zich inlaat met een redeneering over de voordeeleu eener vereeniging, begeeft hij zich op een hellend vlak. Toen de Spanjaarden in het najaar van 1576 Zierikzee ontruimden, zond de Prins den graaf van Hohexlo met eenig krijgsvolk om de stad te bezetten; de magistraat weigerde eerst dit garnizoen in te nemen, maar toen de Prins dreigde de stad aan zijn soldaten ter plundering te zullen overgeven, gaf hij toe. Men kan zich echter voorstellen dat die van Zierikzee, binnen vijf maanden onder den Koning en weer onder den Prins gebracht, en bovendien zeer verarmd ten gevolge van het beleg, apathisch waren geworden. Enkele dagen te voren waren gedeputeerden van Zierikzee, als ook van Goes, te Brussel gekomen, waar zij het verlangen dier steden te kennen gaven om zich aan te sluiten bij de Staten-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1918 | | pagina 67