46
door het Spui (langs de huidige Spuistraat) werden gevormd, dat
stadsrecht door graaf Willem II werd bevestigd t). Deze be
grenzing heeft Middelburg eeuwenlang behouden; alleen naar het
Oosten kwam in de 14e eeuw nog een kleine uitbreiding tot
stand, waarbij de haven (thans Dam en noordelijk deel van het
dok) binnen de stad werden getrokken en waardoor de oorspronkelijke
cirkelvorm werd verbroken.
Dat was dus de omvang der stad, aan wier koopliedengilde in
1271 door I'loris V het belangrijke privilege werd verleend,
bij welks inhoud wij hier in de eerste plaats willen stilstaan 2).
Dat gildestatuut stelt ons voor meer dan een lastige kwestie.
Daar is in de eerste plaats de vraag betreffende de waarde, die
aan dit privilege moet worden toegekend. Terwijl Doren 3) het
beschouwd als een dokument, dat ons een indruk van de volheid
van het stedelijk economisch leven van dien tijd als nauwelijks
een ander geeft, terwijl ook van der Linden 4) aan Middelburg's
handel in dezen tijd reeds groote beteekenis toekent, schijnt
Hüpke 5) van meening, dat hierbij meer aan Vlaamsche, dan
aan Walchersche toestanden moet worden gedacht. „Die Sta
tuten der Kaufmannsbruderschaft zu Middelburg sind aus dem
Kastengeist der Vliimischen Stiidte geboren, wenn sie eine scharfe
Scheidung der gildefiihigen Kaufleuten und nicht zugelassenen
Handarbeitern und Hiikern durchfiihren. Den einfachen Verhalt-
nissen auf Walcheren entsprach dies nicht" Het is evenwel
niet duidelijk, of Hüpke op grond hiervan meent, dat het statuut
niet aan een Middelburgsche koopmansbroederschap kan zijn
verleend. Hoezeer echter dit privilege voor een reeds vergevorderde
1) Oorkondenboek I 110. 590.
2) T. a. p. II no. 212; Hansisches Urkundenbuch (afgekort H. U. B.) I no. 694.
Hoewel deze wedergave beter is dan die van van den Bkrgh, laat toch ook deze te
wenscheu over; mijn lezing berust dan ook op nieuwe raadpleging van het origineel.
3) A. Doren, Uutersuchungen zur Geschichte der Kaufmannsgilden des Mittel-
alters (Leipzig, 1893) p. 182.
4) H. van der Linden, Les gildes marchandes dans les Pays-Bas au moyen-
age (Gaud, 1896) p. 70 vlg.
5) R. Hüpke, Briigge's Entwicklung zum mittelalterlichen Weltmarkt (Berlin,
1908) p. 42.
6) T. a. p. p. 43.
