61 tegenwoordige plaatsje) gesticht, doch niet aan de zuidzijde maar aan de noordzijde van de Arne. Spoedig geraakte dit Arnemuiden tot bloei en Middelburg, dat zich inmiddels tot de eerste haven van Zeeland had opgewerkt, zag dit met leede oogen aan. Om Arnemuiden in haar macht te krijgen, kocht Middelburg de heerlijkheidsrechten van deze plaats en als eerste maatregel verbood zij aan de inwoners van Arnemuiden om den groothandel uit te oefenen. Toch gingen handel en nijverheid vooruit; vooral de scheeps bouw en de zoutziederijen verheugden zich in grooten bloei. Ook de scheepvaart nam sterk toe. Onder de uitgevoerde goederen nam haring een voorname plaats in en met de haringvisscherij hing weder samen het zout- zieden en de zouthandel. Br waren eertijds twee bereidingswijzen van zout en wel„zout van grauwe selte gezoden" en „zout van zout gezoden". De selte was de darinc (of derrie) het rietveen, dat als onder grond onder de klei der Zeeuwsche eilanden wordt gevonden. De darinc werd tot asch verbrand, deze asch met zeewater tot een vloeistof vermengd en uit die vloeistof stookten dan de „pannenmannen" het selzout. In de 15e eeuw werd echter ook ruw zout uit Portugal aangevoerd en daardoor ontstond een nieuw bedrijf door zuivering van dit ruwe zout, dus werd „zout van zout gezoden". Dit zout werd niet alleen bij de haring visscherij gebruikt, doch werd ook als zoodanig naar het buiten land uitgevoerd. In dit geval gingen dus scheepvaart, visscherij en nijverheid samen om Arnemuiden tot bloei en welvaart te brengen. Ook op andere wijze trachtte Middelburg Arnemuiden „er onder" te houden. Zoo b.v. werd in 1526 te Arnemuiden een dok gebouwd; het daarvoor benoodigde terrein werd van Middelburg gekocht doch daarbij werd de bepaling gemaakt, dat het dok na 40 jaren, dat is in 1566, in het bezit van Middelburg zou komen. Tot 1572 bleef de verhouding tusschen Middelburg en Arne muiden zeer gespannen. Middelburg bleef Spanje getrouw terwijl Arnemuiden evenals Yeere en Vlissingen de zijde van den Prins van Oranje had gekozen. Gedurende het beleg van Middelburg van 15721574 heeft

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1919 | | pagina 105