71
schijnen niet zeer oordeelkundig te zijn geweest, want reeds in
1682 werden klachten vernomen, dat de schepen niet gekield en
gekalifaat konden worden.
In 1687 werd op voorstel van Prins Willem III het Collegie
ter Admiraliteit van Zeeland gemachtigd een leening aan te gaan,
ten einde een geschikt dok te maken. De keuze viel daarbij op
Vlissingen. Er werd met de stad onderhandeld, doch daarbij
werd de eisch gesteld, dat de particuliere werven aan de haven
moesten worden opgeruimd. De Vroedschap was hiertoe niet
genegen, vooreerst omdat een andere plaats voor de scheepswerven
moeilijk te vinden was, maar bovendien omdat men vreesde, dat
de koopvaardijschepen uit het te maken dok zouden worden ge
weerd. De onderhandelingen hadden daarom geen gunstig gevolg,
doch toen in 1688 gedreigd werd het dok te Veere te bouwen,
stemde de Vroedschap toe. In 1695 was het dok gereed. In
den loop der 18e eeuw werden daaraan verschillende verbeteringen
en groote herstellingen uitgevoerd, zoodat dit Landsdok, zoowel
wegens zijn gunstige ligging als wegens de uitgebreidheid, een der
schoonste van de Nederlanden genoemd werd.
Nadat in 1807 Vlissingen en daarmede alle bestaande in
richtingen, ook de Admiraliteitswerf onder Franseh bestuur gekomen
waren, werd de sluis verwijd ten einde haar geschikt te maken
voor het doorlaten van linieschepen.
Na het bombardement van de stad in 1809 door de Engelsehen,
was ook de doksluis ernstig beschadigd en vernield. Napoleon
gaf evenwel in 1810 last de sluis te herstellen en tevens het
dok te verdiepen.
Ook onder de Nederlandsche Itegeering hadden in het begin
der 19e eeuw min of meer belangrijke herstellingen aan de sluis
plaats. In 1875 en 1876 werd deze keersluis veranderd in een
schutsluis door het bijbouwen van een buitensluishoofd en van
scliutkolkmuren. De schutsluis heeft echter niet voldaan en is
nimmer gebruikt. In 1893 is zij geheel buiten gebruik gesteld door
in het buitensluishoofd een dam te leggen, welke dam nog steeds
aanwezig is en welke ook wel niet meer opgeruimd zal worden.
De schutkolk heeft thans een andere bestemming gekregen en
dient voor ligplaats van schepen o. a. die van het Loodswezen.