96 oftewel alleen) d'apothekerswinckel te visiteren en het dispenseren haarer compositien by te wonen; dat de apothekers werden gelast de medicamenten op het spoedighste thuys te brengen, door twee jongens uyt de schole". Het artikel betreffende het bijwonen van het dispenseren van de compositien lijkt ons, gezien van het huidige standpunt, een voor de apothekers onaangenaam en wantrouwend artikel. Het bedienen van de armen der stad schijnt wel loonend ge weest te zijn, ten minste afgaande op de liefhebberij, die er voor bestond, moeten we dit wel aannemen, immers in de notulen van 30 Juli 1664 t) lezen we, dat „seven requesten van diverse apotliecarissen sijn gelesen, om de armen der stadt te mogen be dienen in plaetse van wylen Daniel Cobtgemet en is daartoe met pluraliteit van stemmen verkozen Gilles Heyndricksen de Jonge". Reeds langer had zich de behoefte doen gevoelen aan een officieel voorschriftenboek en in 1666 zien we 2), „dat een regle ment voor de pharmacopoeja, ingestelt door de apotliecarissen deser stadt, om alleene allerhande medicamenten te mogen maecken, wert gerefereert aan de heeren regerende en out llurgemeesters omme de respectieve geïnteresseerdens daarop te hooren". Het is niet gelukt dit reglement of pharmacopoeja te vinden, zoodat niet bekend is, of dit werkelijk tot stand is gekomen. De vraag rijst, of, in verband met het streven der apothekers naar verheffing en exclusiviteit van hun vak, zij tevreden waren met hun plaats in het samengestelde gilde, vroeger vermeld, dat, zooals we zagen, uit allerlei absoluut onwetenschappelijke vakken bestond. We kunnen wel aannemen, dat zij dit zeker niet waren en pogingen aanwendden om een afzonderlijk gilde te mogen vormen. We zien in 1667 3), dat „de itirate remon strantie van de apothecarissen en de gemeene gildebroeders van de pharmacie om een separaat gilde te mogen maecken ende als breeder by de voors. stucken te sien is, wert gestelt in handen van de heeren regerende en out Burgemeesters, om deselve te 1) Register ten Rade, Reg. no. 12, fol. 36. 2) Register ten Rade, Reg. no. 12, fol. 188. 3) Register ten Rade, Reg. no. 12, fol. 118.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1919 | | pagina 142