97 revideren, oock de verthoonders en andere (ist nood) daerop te hooren met toedieninghe van haar Ed. bedenckingen, daertoe spetterende, op rapport". Deze remonstrantie en stukken waren niet te vinden, evenmin liet rapport daarop, maar we kunnen wel aannemen, dat deze pogingen op niets zijn uitgeloopen, daar we reeds vroeger zagen, dat de apothekers in het gecombineerd gilde zijn gebleven tot 1797, toen het Collegium Pharmaceuticum werd gevormd, waarbij ze met het eene been, het apothekersbeen, uit het gecombineerde gilde stapten, maar met het andere, het drogistenbeen, er nog steeds in bleven. Reeds vroeger is gewaagd van een strijd tusschen doctoren en apothekers, een strijd, die zijn oorsprong vond in „de jalousie de métier" tusschen hen. De Magistraat werd herhaalde malen aangezocht om tusschenbeide te komen en bindende uitspraken te doen. De Magistraat was hierin echter niet vlug en schoof de zaak op de lange baan, hetgeen hem op een aardige manier werd verweten, hetwelk blijkt uit de notulen van 16 Maart 1675, waarin we lezen: „Vaert gebet en resumptie heeft d'heer Burgemeester Brouwer, de vergaderinge gerefereert, dat Johannts van de Sande, Gomarus van Visvliet en Pietee Kortenbeeke, alle dry apteekers binnen deze stadt, heden desen morgen by zijn Ed. weder waren geweest, omme te versoucken, dat haer Ed. Achtb. geliefde te disponeren over differenten, swevende tus schen d'heeren doctoren ende apteekers binnen dese stadt, en dat deselven onder anderen tegens sijn Ed. opentlijk hadden gesegt, dat seker heer uyt het collegie van haar Ed. Achtb. haar hadde aangesegt en geraden, dat sy met meerder vigeur en couragie de heeren Burgemeesteren moste aengaen soo sy een eynde van haer werck begeerde te hebben, alsmede, dat in het* collegie soude wesen geresolveert de voors. swevende differenten noyt aff te doendoch dat sy hadden gedifficulteert deselve heer te noemen, waarop wesende gedelibereert, is eenpariglijck verstaan, dat men met alle ernst sal inquireren, wie die heer soude mogen sijn, die soodanige taal heeft gevoert, als sijnde een saecke van importantie 1) Register ten Rade, Reg. no. 14, fol. 129. Archief 1919. 7

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1919 | | pagina 143