13
met godsdienstige vraagstukken, tengevolge waarvan ik niet dan
eerst met mijn veertiende jaar (reeds op de Latijnsche school
zijnde) bij dominé Anti-iony van Deinse, tevens praeceptor dier
school, de catechisatie begon bij te wonen. Eerst te Gent werd
ik lidmaat.
Intusschen verhinderde mijn vader de bemoeiingen mijner groot
moedor, bij wie ik mij dagelijks schier uitsluitend bevond, in
geenen deele, dat zij mij de zoogenaamde Kerstmis-, Paasch- en
Pinksterkapittels liet van buiten leeren. Vandaar dat ik, als
zesjarige knaap, die geregeld kon opdreunen. Het Pinksterka
pittel was natuurlijk niet slechts liet langste en droogste, maar
verreweg ook het moeilijkste met zijne in de verzen 9, 10 en 11
(Handelingen der Apostelen Hoofdstuk 2) voorkomende namen
van verschillende volken. Intusschen zijn mij later die namen,
destijds voor mij Latijn en Grieksch, juist door hun moeilijkheid
het best in mijn geheugen gebleven.
Mijn vader was een verstandig man, vrij van vooroordeel en
bijgeloof. Wel werd in de eerste jaren, gelijk in schier alle
Nederlandsche Protestantsche huisgezinnen, door mijn vader in
den Bijbel gelezen en overluid gebeden en gedankt, maar, verre
van orthodox te zijn, noemde hij zich steeds Temonstrant, weinig
ingenomen met catechismus en met de formulieren, die „graven
van alle waarheid", volgens professor des Amorie van der
Hoeven. Vandaar zijn ingenomenheid met de werken van Wolf
en Deicen, zooals Willem Leevend, Sara Burgerhart enz.,
welke werken, door menig huisvader achter slot gehouden, bij ons
voor de hand lagen en menigen schaterlach opwekten. Overigens
bestond onze kinderlectuur uit het berijmd A. B. boek met zijn:
Akkerman, bet nutste werk,
Wordt door U verricht,
vervolgens uit de toen algemeen bekende versjes van van Alphen,
welke wij schier alle van buiten kenden, later door die van
't Hoen gevolgd, alsmede uit Moeder en Grootmoeder de Gans
(Hollandsch-Eransch).
Onze twee oudste zusters, te Gent op kostschool zijnde, lazen
veel de verhalen van Perponcher en de „Contes a ma fille" van
Madame de Genlis.