VI
Yan de aanwinsten onzer handschriftenverzameling zou
ik om dezelfde reden als waarom ik de aangewonnen boeken niet
heb vermeld, hier kunnen zwijgen, maar omdat ik ze verleden
jaar heb opgenoemd, wil ik dit nu wederom doen. Yan de erf
genamen van den heer JH. Hollestelle ontving het Genootschap een
cahier met aanteekeningen over Zeeland in het algemeen en Veere
in het bijzonder, een cahier en een omslag met afschriften van
stukken betreffende Reiinerswaal, en twee deelen met aanteeke
ningen voornamelijk betreffende Middelburg. De heer F. A. C.
Lechner, te Schiedam, schonk een stamtafel van Jacques dei-
Kinderen en Maria van Oudenaarde.
Trouwe bezoekers van de leeskamer weten, dat aldaar op
de tafel jarenlang een aantal tijdschriften hebben gelegen, aan
welke men geen of nauwelijks een wetenschappelijk karakter kon
toekennen. Hunne aanwezigheid was gemakkelijk te verklaren uit
de geschiedenis van de oprichting en de verdere lotgevallen dei-
leeskamer, maar het kwam het bestuur, gelet op de geldelijke
omstandigheden, een daad van wijs beleid voor, deze op te zeggen.
Daarentegen is het tijdschrift „Oude Kunst" voor de leeskamer
aangeschaft, omdat zulks door de conservatrices, de dames De Man,
werd gewenscht.
Het jaarverslag van den conservator der Zelandia 111 u-
strata geeft mij geene aanleiding tot commentaar. Ik laat het
hier woordelijk volgen
Werkzaamheden.
Overeenkomstig de in mijn vorig verslag uiteengezette begin
selen, heb ik in het afgeloopen jaar een begin gemaakt met de
nieuwe bewerking van den catalogus der kaarten, de eerste der
4 catalogi, waarin ik den inhoud der Zelandia opnieuw hoop te
beschrijven. Voor zoover de beschikbare tijd en de weersge
steldheid het toelieten in de kamer ter Prov. Bibliotheek, voor
bewaring en bewerking der kaarten beschikbaar gesteld, wordt
niet gestookt, zoodat bij het intreden van het najaar de arbeid
moest worden gestaakt heb ik een aanvang gemaakt met het
opnieuw beschrijven en op fiches brengen der kaarten in de oude