2 zond o. a. de bekende schilder Aart Schooman jaarlijks een rijksdaalder. De stad droeg 30 gr. vis. bij. In liet geheel werd in 1778 door 186 leden 360 rijksdaalders aangebracht. Het is opvallend, dat in de rekeningen zoowel met ponden, schellingen en grooten vis. als met rijksdaalders, guldens en stuivers wordt gerekend. Het werd weldra nuttig geacht een eigen cachet of stempel te bezitten met eenig zinnebeeld er op ten gebruike van de Academie. De kunstlievende leden werden uitgenoodigd ontwerpen daarvoor in te zenden. Uit een combinatie van twee dezer schetsen werd een keuze gedaan, het cachet zou vertoonen: een Genie met een vlam op het hoofd, het Vernuft verbeeldende en daar nevens een groep van voorwerpen, de Teeken-, Schilder-, Beeld- houw- en Bouwkunde aanduidende, verder een zee en een opgaande zon in 't verschiet. Vooraan het wapen van Middelburg met de zinspreuk boven in 't rond: „Vernuft en Vlijt". Wie de vervaar diger der beide ontwerpen is geweest, wordt niet vermeld, maar daar de schilder Jacob Perkois werd uitgenoodigd het ontwerp in het net te teekenen, mag deze als de hoofdbewerker er van worden beschouwd. Aan J. M. IIoltzhey, stempelsnijder aan de Zeeuwsche munt, werd het vervaardigen van den stempel t) opgedragen. Hij ontving er 28 rijksdaalders voor. Tevens werd nog „een kleindere kopere 2) met letters" besteld, waarvoor hij 1. 18 ontving. Nadat uit een partij uit Amsterdam verzonden platen „vermits de Praayheid en de welgeschiktheid" voor onge veer f 90 was aangekocht en meerdere uit Brussel werden ver wacht, werd het Teeken-college den 2 November 1778, met een plechtige redevoering door Leendert Boime, ingewijd. Zes jaar daarna, in 1784, werd deze naam in Tèeken-academie 1) De ijzeren ^stempel van dit fraaie cachet aan houten steel is nog in de ver zameling op het Raadhuis aanwezig. 2) De gedrukte redevoering, bij het 25-jarig bestaan der Academie in 1803 gehouden, heeft op de voor- en keerzijde van den omslag een ovalen stempel in gouddruk, vertoonende op de voorzijde in drie regels „vernuft en vlijt" en aan de 8 andere zijde het jaartal 18—03. 24 Vermoedelijk zijn deze letters met het kleine koperen cachet gestempeld geweest.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1921 | | pagina 60