15
Wie zijn liet, die daar hun laatste rustplaats hebben gevonden?
I)e bekende oudheidvorsclier Frkderik Nagtglas noemt deze
begraafplaats eene rustplaats der bannelingen. En te recht, want
het zijn blijkens de opschriften Portugeesche Joden, die na een
zwervend en onrustig leven, voor een deel in Middelburg hunne
woonplaats en allen daar hun laatste rustplaats gevonden hebben.
De aanwezigheid van deze begraafplaats wijst er dus op, dat
er in deze stad in vroegere eeuwen eene Portugeesch-Joodsche of
Sephardische Gemeente is geweest, waartoe blijkens de namen en
geslachtswapens op de zerken afstammelingen van de aanzienlijkste
en meest bekende geslachten hebben behoord. Deze Gemeente
bestaat echter niet meer; in de eerste helft der achttiende eeuw
is zij geheel verdwenen. Als eene der oorzaken hiervan noemt
Nagtglas, (de Algem. Kerkeraad der Hervormde Gemeente te
Middelburg 157-1—1860, bl. 126) dat de Regeering en Kerkeraad
van Middelburg de Joden in het oog hielden en zoolang wurmden,
totdat deze rijke en nijvere menschen deze stad verlieten en
daardoor aan Middelburg eene onherstelbare schade werd toege
bracht. Dit oordeel nu deed mij het plan opvatten, eens te
onderzoeken, wat de Acta van den bijzonderen Kerkeraad hierover
vermelden; wat ik gevonden heb, laat ik hier thans volgen.
Aan de mededeeling hiervan moet echter eene enkele opmerking
voorafgaan, deze, dat de komst dezer Portugeesche Joden niet
de eerste poging der Joden is geweest, om zich hier te vestigen.
Zooals men weet, is in ons werelddeel Spanje het land geweest,
waar de Joden het eerst werden aangetroffen. Volgens eene over
levering, die Mr. Izaak Da Costa geloofwaardig toeschijnt, hadden
reeds kort na de verwoesting van den eersten tempel Joden uit
den Stam van Juda en het huis van David zich daar gevestigd.
Zeker is, dat er in de 10de eeuw velen gevonden werden; in de
eerste helft der 14de eeuw waren zij daar in groot aanzien en tot
hunnen hoogsten bloei gekomen. Doch daarna werd het anders;
men begon hen te bemoeielijken en te vervolgen; in 1492 werd
door de regeering het besluit genomen, dat binnen vier maanden
alle Joden Spanje moesten verlaten. Naar alle streken trokken
de bannelingen; de meesten naar Portugal, waar zij eenigen tijd
bleven, doch ook weer verdreven werden. Toen begonnen zij