16 hunne hoop te vestigen op de Vereenigde Nederlanden; niet terstond konden zij daarheen trekken, omdat deze gewesten nog waren onder het Spaansch gezag. Een beter vooruitzicht werd hun geopend na de afwerping van de Spaansche overheersching en door den gelukkig gevoerden vrijheidsoorlog. Prins Willem van Oranje betoonde zich genegen, de vestiging der Joden te be gunstigen; de Unie van Utrecht in 1579 had aan iederen inwoner van de Vereenigde Provinciën toegestaan, zijn godsdienst onge hinderd uit te oefenen. Wel werd dit besluit niet onmiddellijk van kracht, maar het had toch dit goede gevolg, dat hun, door toedoen van Don Samuei, Palache, gezant van den keizer van Marokko, in 1596 werd toegestaan, ten huize van dien gezant hunne godsdienstoefeningen te houden. Deze Palache woonde in 1591 te Middelburg; hij stelde den Magistraat voor, Portugeesche ballingen in de stad op te nemen en hun vrijheid van godsdienst toe te staan. In ruil daarvoor zouden zij de stad door hun rijkdom tot een bloeiend handelsmiddelpunt maken/ Maar dit voorstel was niet naar den zin der Middelburgsche predikanten„in hunne vrees voor menschen aldus Mr. H. J. Koenen, Geschiedenis der Joden in Nederland 1818, bl. 141 wisten zij te beletten, dat de Kegeering der stad hierop gunstig beschikte." Ware dit wèl geschied, dan zou hoogstwaarschijnlijk een aanmerkelijk deel van den handel, waarop Amsterdam zich mocht beroemen, naar Zeeland zijn overgebracht, want de hier geweerden vestigden zich nu voor een groot deel in de koopstad aan het IJ. Zoo was het dan dezen verdrevenen niet gelukt, zich in Middel burg te vestigen. Toch zouden zij, indien het hun ware toege staan, niet de eerste Joden geweest zijn in deze stad, want reeds in het begin der 16de eeuw woonden er hier enkelen; blijkens de Stadsarchieven werden in 1541 twee hunner tot den dood op den brandstapel veroordeeld. Eerst honderd jaar later ontvingen de Portugeesche Joden van het Stadsbestuur verlof, zich hier neer te zetten; een der meest bekenden van deze is geweest Jacob Judah Leon, die een werk uitgaf: „Afbeelding van den tempel van Salomo" en tevens een keurig model van dezen tempel vervaardigde. Er bestond dus in 1642 in de hoofdstad van Zeeland eene

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1922 | | pagina 72