76 Vanaf mijn komst in Juli 1920 in Middelburg heb ik haar verder gecontroleerd. De eerste maanden bleef ze een gezonde blozende boerin, maar in 1921 veranderde de toestand weder, in Juni 1921 ziet ze er magerder uit. Ze is spoedig vermoeid en er is een diffuze droge bronchitis rechts. Een longfoto gaf geen overtuigend bewijs van een opgetreden recidief en aangezien na zulke enorme Röntgen bestralingen ook gedacht mocht worden aan een late nawerking door de Röngenstralen in den vorm dan hier van een uitdrogingsbroncbitis werd nog even afgewacht en kreeg ze den raad geregeld te stoomen. Maar de vermagering bleef aanhouden en einde xkugustus stond het wel vast, dat een duidelijk recidief moest worden aangenomen. Bovendien wees het bloedbeeld toen duidelijker in de richting van een lymphogranu lomatosis, (20000 leucocyten) in overeenstemming waarmede ook avondlijke temperatuurstijgingen tot 38,5 optraden. Tusschen 1 en 20 September werd dan ook weder een krachtige Röntgenreeks toegediend. 3 November is patiënte weer veel verbeterd, de klachten zijn alle weder verdwenen, patiënte is weder 10 kilo in gewicht toegenomen. De toestand blijft bevredigend tot Mei 1922. Een nieuw recidief treedt op, met hoesten en sterke vermagering. Een laatste poging zal nog eens worden gedaan, om het proces meester te worden, maar het is duidelijk te bemerken, dat het gezwel veel minder gevoelig is geworden. Slechts een geringe verbetering treedt op, kort van duur en zonder toename van gewicht. Nadien heb ik haar niet teruggezien. Van haar huisarts vernam ik in November, dat zij het zeer slecht maakte. Ze is dan ook Januari 1923 overleden. Een zeer merkwaardige omstandigheid wil ik hier nog even vermelden. Onze beide laatstgenoemde patiënten zijn niet alleen uit hetzelfde kleine dorpje, maar ons boerinnetje is als dienstbode langeren tijd bij den boerenzoon in dienst geweest. Is dit toeval? Of zou het kunnen wijzen op een dieper iets in de aetiologie? Ik blijf het antwoord schuldig, maar meen tot het stellen van deze vraag gerechtigd te zijn. Interessant is ook de volgende ziektegeschiedenis van een jong onderwijzer van 23 jaar, die wegens ernstige ademhalingsbemoei-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1924 | | pagina 128