79
huiduitslag op, door den huidarts terecht als prurigo herkend.
Ik achtte op grond van de huidjeuk een pseudoleukaemie voor
waarschijnlijker dan een tuberculeus proces. Het roode bloedbeeld
bleek normaal, er was een lichte leucocytose (21000, normale
verhoudingen), een kliertje werd verwijderd, de eene helft voor
de dierproef, de andere helft voor pathologisch anatomisch
onderzoek gebruikt. Het proefdier is gezond gebleven en de
patholoog anatoom heeft de diagnose op lymphosarcoom gesteld.
Onder invloed van de bestralingen zijn alle klieren verdwenen.
Het leerzame van deze ziektegeschiedenis is m. i. hierin gelegen,
dat ook een schijnbaar tuberculeus proces nadere bevestiging be
hoeft voor men er te veel zijn behandeling naar richten mag en
dat vooral de prurigo in zulke twijfelgevallen in staat blijkt te
zijn ons op het juiste spoor te brengen. He klierzwellingen zijn tot
heden weggebleven, maar patient is zwak en sukkelend gebleven.
Wanneer we nu kort alles samenvatten, dan zien we dat bij
een reeks patiënten met bloedziekten succes in een meerdere of
mindere mate kon worden verkregen; of een werkelijke blijvende
genezing bereikbaar is, is zeer onwaarschijnlijk. Dit verbaast mij
niet, want de Röntgentherapie is geen antioorzakelijke therapie,
maar een symptomatische. De oorzaak der bloedziekten is nog
volslagen onbekend. Is er één oorzaak of zijn er verschillende
oorzaken? Aan de wetenschappelijke vorschers der toekomst de
grootsche taak op deze vraag het antwoord te zoeken. Laat ons
hopen, dat zij het vinden en dat er met succes een doelbewuste
antioorzakelijke behandeling door kan worden opgebouwd.
Zoolang we zoover nog niet zijn gekomen, dwingt onze medische
plicht ons te behandelen met de middelen, die ons het verst
kunnen voeren in de richting van tijdelijk succes van grooten
omvang. De toepassing der Röntgenstralen heeft ongetwijfeld -
aldus bekeken terecht in de behandeling der lijders aan bloed
ziekten een belangrijke plaals ingenomen. We mogen dankbaar zijn
voor dit middel, maar niet voldaan. Er is op dit gebied, zooals
welhaast op elk medisch onderdeel, nog heel veel te doen
Middelburg, Juni 1924.