4
meerendeel levende van bijeengebedelde aalmoezen, plachten in de
eene stad voor en de andere na liefdadige ingezetenen en ver-
eenigingen zoogenaamde gasthuizen op te richten, waar dezulken
kosteloos nachtverblijf vonden. Men trof ze aan, om maar in de
buurt te blijven, behalve te Aardenburg zelf, te Brugge, te Damme,
te Eecloo, Maldeghem, Yzendijke, Sluis en Oostburg
Aanvankelijk dus bestemd tot asylen van dakloozen, breidden
de gasthuizen hun werk ook tot andere takken van weldadigheid
uit. Zij namen zieken op, verleenden huisvesting, hetzij tijdelijk
hetzij levenslang, aan ouden van dagen die te veel hadden om te
sterven en te weinig om te leven, deelden aan de deur aalmoezen
uit aan de bedelaars, en lieten aan de woningen van behoeftigen
van tijd tot tijd eetwaren bezorgen of giften in geld.
Van de wijze, waarop zich de middeleeuwsche gasthuizen van
hun taak kweten kunnen wij ons geen helderder denkbeeld vormen
dan door na te gaan hoe het toeging in een tweetal, van welke
uitvoerige berichten tot ons zijn gekomen.
Te Wijk bij Duurstede herbergt men omstreeks 1400 in het
St. Ewoudsgasthuis geen gast d. i. vreemdeling „boven één nacht
in elke week" ten ware dat slecht weder hem belette zijn reis te
vervolgenin dat geval ontvangt hij een nacht of twee langer
logies. Komen zich echter nieuwe gasten aanmelden, zoo dat er
geen genoegzame bedding meer overblijft om allen te slapen te
leggen, dan moeten zij, die reeds een nacht in het huis hebben
doorgebracht, de plaats ruimen voor de nieuw aangekomenen.
Aan geen anderen gunt men verblijf dan aan wie geen arbeid
1) De oudste statuten van het St. Janshospitaal te Brugge zijn van Januari 1288
(La Flandre, Bruges 1874, p. 55), doch het gesticht is van ouderen oorsprong.
Te Damme bestond het St. Janshospitaal al in 1249 (zie de ordonnantie van dat
jaar bij Warnkönig, Flandrische Staats- und Recbtsgeschichte, Tiibingen 1837, II,
2 no. CXV). Te Eecloo zou het gasthuis in 1260 zijn gesticht (Neelemans, Gesch.
der stad Eecloo, EsclooGent 1859, blz. 80). Dat te Maldeghem werd gesticht in
1275 (Annales de la Société d'e'raulation de Bruges, ITe Série VII p. 354), dat te
Yzendijke komt reeds voor in Februari 135 4 (Alberdingk Thijm, De gestichten
van liefdadigheid in België van Karel den Groote tot aan de zestiende eeuw,
Brussel 1883, blz. 359). Dat er in de zestiende eeuw te Sluis en te Oostburg even
eens een gasthuis bestond blijkt uit de mededeelingen in Janssen en Van Dale,
Bijdragen III blz. 102, V blz. 334 en VI blz. 98.