22
er nog altijd bekend, en niets belet ons aan te nemen dat het
gesticht toen eveneens nog kostkoopers herbergde. Dat de rekening
ze geen van beiden vermeldt bewijst hiertegen niets; het zal
alleen daaraan toe te schrijven wezen, dat er te hunnen opzichte
noch ontvangsten noch uitgaven in het bijzonder te verantwoorden
vielen.
Eenigszins anders is het gelegen met de broeders, voor wie te
zamen met de zusters de overeenkomst van 1258 zes plaatsen
had bestemd, gelijk men weet. Hoogst waarschijnlijk trof men in
de latere jaren van de zestiende eeuw in het huis geen broeders
meer aan. Immers wanneer dit in 1544 tot bestrijding van de
reparatiekosten geld op rente wil opnemen, wordt de hiertoe ver-
eischte machtiging van den magistraat enkel en alleen aangevraagd
door de voogden, dat is regenten, den ontvanger en zes met
name genoemde zusters. Het zal te Aardenburg wel gegaan
zijn zooals in schier alle gasthuizen, waar oorspronkelijk broeders
en zusters bijeenwoondenna korter of langer tijd verdwijnen de
broeders geheel, misschien omdat dit samenwonen allerlei mis
bruiken en onordentelijkheden medebracht, misschien omdat de
heerschzucht van de zusters, gelijk men niet zeer hoofsch
heeft beweerd de broeders op den loop dreef Ook nam in
1544 denkelijk geen broeder-administrateur meer het ontvanger
schap waar, zooals in 1507, maar een particulier persoon.
Wat ook in het gasthuis mocht zijn veranderd, het verzorgen
van zieken was er in de zestiende eeuw nog immer in zwang,
zelfs in een mate die aan zijn geldmiddelen zware eischen stelde.
Getuige de beschikking, op 20 November 1563 door koning
Eilips II genomen naar aanleiding van een aan hen gericht
verzoek van de overste, de zusters en de regenten (religieuses,
maistresse et seurs, et mambours). Zij vermeldt, in korte woordeu
saamgevat, hoe de requestranten in hun verzoekschrift hadden
vertoond, dat het St. Janshuis te Aardenburg was opgericht om aan
alle armen en kranken, die zich aan de poort kwamen aanmelden,
onderkomen en hulp te verschaffen, wat veroorzaakte dat zij dag aan
dag zwaar werden belast met verscheidene zieken, die uit alle landen
1) Alberdingk Thijm, a. w. blz. 143.