28 van die abnormaliteit, ziedaar een vraag welke, gelijk zooveel andere vragen omtrent de oudste geschiedenis van het St. Janshuis, de schaarsche gedenkstukken, die tot ons overkwamen, onbeant woord laten. Met de bespreking van -bet raadsbesluit van Januari 1568 zijn wij ongevoelig genaderd tot het tijdvak van den Tachtig jarigen Oorlog. Hoe weinig zullen de Aardenburgers, die in Juli 1566 naar Eecloo ter haagpreek liepen hebben vermoed dat zij daar het voorspel bijwoonden van gebeurtenissen, die hun stad en land een menschenleeftijd lang in de diepste diepte van ellenden zouden dompelen. In de eerste jaren bleven zij bij manier van spreken buiten schot. De rondzwalkende Watergeuzen bezorgden wel de Vlaamsche visschers een onophoudelijken overlast 2), maar lieten de landzaten van dit gewest vrij wel ongemoeid. Doch van het oogenblik af dat Vlissingen op 6 April 1572 de. zijde van Oranje koos werd hier de gansche bevolking in den stroom van oorlogsjammeren medegesleept, want de Zeeuwsche geuzen beschouw den Ylaanderen zoolang het onder Spaansche heerschappij bleef als vijandelijk gebied en bestookten het zooveel zij maar konden. Tot afweer van hun aanvallen ontvingen al de aan zee gelegen parochies, van Nieuwpoort tot Gaternisse toe 3), op 22 Mei 1572 van het Yrije van Brugge bevel om dag en nacht een algemeene „wake" te houden. Zij moesten langs de kust masten planten, overdag van een zeil en bij nacht van een lantaren voorzien, opdat bij de nadering van schepen, die het kennelijk op een rooftocht of op het doorsteken van de dijken hadden gemunt, aan de wachters op de torens een sein kon worden gegeven om door het luiden van de alarmklok de parochianen te waarschuwen, dat zij zich naar de bedreigde plaats hadden te begeven teneinde de landing van den vijand gewapenderhand te beletten 4). In weerwil van dezen voorzorgsmaatregel, die niet eens overal 1) Zie Janssen, Kerkhervorming in Vlaanderen, Arnhem 1866, I hlz. 188. 2) Zie Vlietinck, Het oude Oostende, Oostende 1897, blz. 192. Vgl. ook Priem, Précis analytique, He Série IV p. 37. 3) Het nu verdwenen jdorp Gaternisse lag in den tegenwoordigen Hoofdplaat- polder ter hoogte van de gehuchten Roodenhoek en Klakhaan. 4) Vlietinck, a. w. blz. 3 97.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1924 | | pagina 80