47
vissollen, zeemeerminnen en andere figuren, waaronder een man
met een stok, waaraan drie visschen bengelen, aangeven, dat er
ook op zee vrede is gekomen. Deze vol afwisseling zijnde rand
is een der sierlijkste door Looff bewerkt, waaraan hij zijn beste
krachten heeft gewijd. De voorstelling van den zegewagen was
Looff niet onbekend, daar hij in 1629 een kopergravure heeft
vervaardigd op de inneming van Den Bosch, waarop Frederik
Hendrik in een rijk versierden wagen gezeten, door vurige paarden
getrokken, wordt verheerlijkt. Het denkbeeld van de zegekar op
den penning van 1648 kan er aan zijn ontleend.
Zilver. 93,5 gram. 64 m.M.
Van Loon II, blz. 312, 1. Fransche editie blz. 301, 1.
Cat. Kon. Penningkabinet no. 727.
18. Dirks 2), Repertorium no. 1081, vermeldt een variëteit
van dezen penning met op de keerzijde het opschrift PACIS
EELICITAS in drukletters en in een krans.
Met den laatst beschreven penning van 1648 is de reeks door
Looff gesneden gedenkpenningen geëindigd. Een jaar daarvoor
maakte hij nog een familiepenning, waarvan de beschrijving
hier haar plaats moge vinden.
19. 50-Jarig huwelijk van Hans van Loon en
Anna Rui jckhavers. 1647. (Afb. 12.)
Voorzijde: Twee uit de wolken komende ineengesloten handen
houden de door twee linten saamgebonden wapenschilden 3) van
1) De Duitsche stempelsnijders E. Kettler en J. Blum hehben eveneens den
zegewagen op hunne peuningeu, bij den vrede van Munster vervaardigd, afgebeeld;
zij hebben blijkbaar naar eene zelfde gravure gewerkt. Men vergelijke bij Van Loon II,
blz. 812, nos. 2 en 8.
2). Mr. J. Dirrs. Penningkundig Repertorium. Mededeelingen ter aanvulling van
de Pejining-geschiedenis der Nederlanden. 18791892, 4 dln.
3) Van Loon. Doorsneden, I in zilver 2 afgewende negerkoppen met zilveren
hoofdbanden en gouden oorringen, II in goud 3 zwarte molenijzers (2, 1).
Ruyckhaver. In blauw een zilveren leeuw met een vrijkwartier van blauw,
waarin een gouden pijlbundel, van onder begeleid door 2 gouden vogeltjes. Er
bestaat nog een ander wapen van deze familie. (Mededeeling van den heer C. A.
van Woelderen.)
