126
zijn gelieele bosschen vol daervan, nyet groen ofte anders gevonden
hebben dan dese nu tegenwoirdich is ende snident boven aft', die
welcke vol noeten zijn de groote van bokernoeten met de bolsters
ofte schellen nyet aen melcanderen gevest ofte gevoucht. Ic sende
uwe E. van de beestkens, zoo cleyne als groote, zes groote ende
8 cleyne, die ic van de schepen van onder doen trecken hebbe 4)
die uyt Genea gecommen zijn, die grooten bec van de voegel, zy
seggen die voegel onderwege gestorven te zijn ende den bec is
grooter dan het geheel lichaem van de voegel. 2) Ic sende alnocb
een vrucht my onbekent ofte ander gewas, nyet wetende wat bet
is, noch een gelijck een pinappel twelck my nyet toe en behoort,
hebbet ontleent om uwe E. te laeten zien, daer heefter drie geweest
vuyt Ginea gecommen maer weten geen beschiet te seggen. Daer
zijn noch drie ofte vier schepen vuyt Ginea ende goudtcusten
gecommen ende gbisteravont noch een, maer hebben niet gebracht.
Indien daer yet compt van vruchten ofte planten salt uwe E.
senden. Daer is den 6en deser gecommen een schip van oroloege
van de vloete, te weten een provantseliip, segt die 30 schepen
met den admirael van Leyden, joncklieer Verdost 3), vijn voorder
haer voyaige te doen vorderen, ende die andere zijn in Ingelant,
verwachten die alle ure, seggen twee eylanden in Canarien inne
gehadt te hebben ende de stadt verbrandtmen zal breeder hooren
met de eerste schepen.4) Metter haesten desen 8en september'99,
die almoegende behoude uwe E. in lange gesontheyt.
U. E. goetwilligen dienaer Willem Jasperduyn.
Edele wijse discrete heer,
heer Charles de Lecluse tot Leyden
met een doosken No. 2 francko.
Dit schrijven dato 8 Sept. 1599 (hetwelk een antwoord was
op Clusius' brief dato 4 Sept.) werd den 9en Sept. te Leiden
ontvangen en den 24en d.a.v. door Clusius beantwoord.
1) Vrij zeker worden hier organismen bedoeld, die aan den romp van schepen vast
groeien en die hoofdzakelijk tot de zg. Raudpootkreeften (Cirripedia) behooren, namelijk
de gesteelde eendenmosselen (Lepadiden) en de ongesteelde zeepokken (Balaniden).
2) Welke vogel hier bedoeld kan zijn is moeilijk te zeggen.
3) D. i. Van der Does.
4) Hier wordt gedoeld op de krijgsverrichtingen die in 1599 door de Staten van
Holland en Zeeland, in samenwerking met een aantal kooplieden zijn ondernomen,