33 Wat vertaald wil zeggen: „De onoverwinnelijke vorst Güstaaf, de tweede van dien naam, koning van Zweden, enz. Eeuwig sieraad van Vaderland en Aarde, de bewerker van de vrijheid van Duitschland, de patroon, de handhaver; voorbeeld zonder voorbeeld van vroomheid en kracht, toen hij bij Leipzig in een vreeselijk gevecht streed en daar, als vroeger, de overwinning behaalde, niet door één enkele wonde vallend, niet wijkend, den hemel, waaruit hij was gekomen, teruggegeven en zichzelven onsterfelijke roem, den vijanden nijd en den vrienden verlangen en tranen achterliet. XVI November 1633. Door Johannes Loom gemaakt." Zilver. 63 gram. 57 m.M. Brenner x) pi. XII, no. 3. Hildebrand 2) 314. Cat. Kon. Penningkabinet 110. 633. Breda door Erf, der ik Hendrik ingenomen. 1636. Sedert Mei 1635 was Breda in handen der Spanjaarden. Erederik Hendrik wenschte de stad in Staatsch bezit en sloeg het beleg er voor. Na een heldhaftige verdediging gaf de sterke vesting zich den 7den October 1637 aan den prins over. Drie dagen daarna trok de bezetting uit de stad. Twee gedenkpenningen geven een herinnering aan dit wapenfeit. Van den eersten penning -zie Van Loon II, blz. 338, no. 1 is de maker onbekend, van den tweeden, op blz. 338 onder no. 3 afgebeeld, is Joh. Loofe de vervaardiger geweest. (Afb. 5.) Looff had den Bsten September 1638 het uitsluitend privilege tot het snijden van dezen penning van de Staten-Generaal ge kregen, zooals wij dit uitvoerig op blz. 16 vgl. hebben medegedeeld. De voorstelling der figuren is, volgens zijn zeggen, geheel door hem geïnventeerd, hij had dus volkomen het recht tot het uit sluitend uitgeven er van. Er bestaan drie in details afwijkende voorzijden van dezen penning. 1) E. Brenner. Thesaurus nummorum Sueco-GothicorumHolraiae 1731. 2) E. Hildebrand. Sveriges och Hoenslca konungahusets minnes yenning ar Stockholm, 1874—1875.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1925 | | pagina 96