75 Zeeland, door brieven en bezendingen gebruikt waren aller ,,de vriendelijke en ernstige middelen, die volgens de ordre ,,der regeeringen vereischt werden, om deselve te persuadee~ „ren, om haar in dit stuk, soo important voor den dienst van „het land en voor de herstellinge van 's lands navale macht „met de andere bondgenooten, te voegen, hoewel tot nog toe- „te vergeefs en dat één maal een afkomst van zaken m o e st „wezen en is goedgevonden en verstaan, dat in deze zaken „zal worden voort geprocedeerd tot conclusie, en dat -dien— „volgende zal worden gearresteert, zooals gearresteert werd. „mits deesen, het Placcaat op den ophef van de Convoyen „en Licenten, in dier voege als aan het einde dezes staat ge- „insereert" x). Interludium. Ik noemde het plakkaat van 1725 zooeven een merkwaar dig Staatsstuk. Het is dit in méér dan één opzicht. Allereerst" om deze apologie van den wetgever bij de wetsuitvaardiging zelve, om het opzij zetten van één der grondbepalingen van de Unie, waaraan men gedurende 150 jaar niet had durven te raken. Doch bovendien bewijst de wording van dit plakkaat, dat de Regeerders der Nederlanden van dien tijd minder slap waren, dan vaak wordt verzekerd. Wat de krachtige macht hebbers der 17de eeuw, zelfs in gevallen waarin het gemeen, welzijn op het spel stond, niet aandurfden, geschiedde thans. En ten slotte wie met kennis van zaken het placcaat be ziet, wordt telkenmale weer getroffen door den eenvoud en den logischen en sluitenden bouw van het geheel. Deze wet gever beheerscht zijn onderwerp volkomen en overschouwt het geheel en moge van den zwier, waarin de opeenvolgende zinnen zich rijen aan elkaar, veel ontleend zijn aan de oudere en oudste placcaten der vorige eeuw ook hier is een natuurlijke groei, continuatie, ontwikkeling van het bestaande recht te bespeuren het is geen wetgever van den huldigen tijd gegeven, de dorheid der wetsterminologie zóó zeer te vermijden als in dit „pronkstuk der Nederlandsche wet geving", zooals het na de herboren onafhankelijkheid vaak. werd genoemd, is geschied. Wanneer Fruin later kan ver klaren, dat Nederland in de tweede helft der 18de eeuw ge- 1) Het is opmerkelijk, dat Paulus van den toen toch nog slechts een- kwart eeuw geleden gevoerden strijd over het Plakkaat van 1725 niet rept..

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1929 | | pagina 145