VII
sische stammen, bezichtigde in het bijzonder de collectie me
talen voorwerpen van het strand bij Domburg en bevestigde,
dat zich hierin niets bevindt, wat sensu stricto Saksisch ge
noemd kan worden.
Uit vele scherven-vondsten blijkt telkens duidelijker, dat de
tegenwoordige provincie Zeeland omstreeks het jaar 1000
na Chr. over haar geheele uitgestrektheid bewoond was. Deze
bevinding sluit zich aan bij het beeld, dat talrijke 13e-eeuw-
sche schriftelijke oorkonden van Zeeland gaven, welke voor
stelling door Beekman in zijn kaart van Zeeland in 1300
(Geschiedkundige Atlas van Nederland) is samengevat. Tal
rijk zijn ook de archaeologische gegevens, waaruit blijkt, dat
de duinku&t van Walcheren en Schouwen reeds sedert de
2e eeuw bewoond was, hetzij dan voortdurend of met tus-
schenpoozen. Het is echter nog een open vraag, in hoeverre
van de 2e 'tot de 10e eeuw ook de kleilanden tusschen de
duinen en het Brabantsche zand bewoonbaar en bevolkt wa
ren, wanneer en op welke wijze zich hier volksstammen ge
vestigd hebben. Ziehier een der vele vragen, waarover de
schervenzoekerij door nauwgezet onderzoek opheldering
hoopt te verkrijgen.
De beschrijving van drie aanwinsten moge aan de andere
voorafgaan.
No. 1365. Baksteenien graf uit Waarde (Z. Bev.) (Fig. 1
en 2.)
De Middelburgsche Courant van 12 Oct. 1928 No. 242
bevat het bericht ,,Bij de restauratie van de Ned. Herv.
kerk te Waarde vond men gister bij het blootleggen van een
gedeelte van het fundament aan den Noordkant in een
(steenen) doodkist een menschen geraamte. Aan het hoofd
einde lag op den steenen bodem het geraamte met hoofd en
schouders op een kruis van steenen." Op ons verzoek hebben
de Kerkvoogden (President de heer Dees, Secretaris de heer
M. van Weele) alle faciliteiten verleend voor het nader onder
zoek, dat spoedig met buitengewone zorg en ijver verricht is
door de heeren A. Klap te Waarde, aannemer der restauratie
werken, en J ,M. de Nooijer te Oostdijk. „Ons Zeeland" van
27 Oct. 1928 (3 No. 43) bevat photo's van het graf en van
de naburige deelen der kerk, welke op ons verzoek opgenomen
zijn door den heer Steketee te Yerseke.
De grafstede bestond uit 4 muren en een bodem. De 4
muren waren opgebouwd uit tamelijk zachte baksteenen van