XII
Als aanwinst is te vermelden een portret van den kinderschrijver
P. Louwerse, geschilderd door zijn zoon, den heer J. Louwerse en
geschonken door Dom. P. H. Louwerse O. S. B. en den heer
J. Louwerse.
Plet verslag van de conservatrice der munten en pen
ningen luidt als volgt:
„Het afgeloopen jaar 1929 is voor de Munt- en Penning-
verzameling niet zonder belang geweest. De kamer is in het
voorjaar van 1929 eenige maanden buiten gebruik geweest. Door
de goede zorgen, namelijk, van de conservatrice van de schil
derijen werd haar een artistieker en waardiger uiterlijk gegeven. De
zwarte kleur,' waarmede toen tevens de vitrines werden geschilderd,
voldoet goed. De verzameling munten kreeg een prachtige aan
winst. Door den heer mr. J. Loeft' te Koudekerke, thans in
Frankrijk woonachtig, werd mij namelijk toegestaan, zoovele
gouden munten uit de bekende vondst van Zoutelande te nemen,
als mij dit voor de verzameling van het Zeeuwsch Genootschap
wenschelijk voorkwam. Dit waren, na langdurig beraad, acht en
twintig stuks. Deze munten zijn op enkele uitzonderingen na
uitstekend bewaard. De jongste voert het jaartal 1644. Voorwaar
een vorstelijk geschenk.
Deze merkwaardige stukken zijn door mij in een afzonderlijke
vitrine tentoongesteld. Zij geven o. a. door hare verscheidenheid
een beeld van het gouden geld, dat in de 17e eeuw liier te
lande en elders in omloop was. Men kan daar tevens bij nagaan,
welke maatregelen door onze Begeeringen zijn genomen, om het
dikwijs grove besnoeien men bekijke eens de gouden pistoletten
van Spanje zooveel mogelijk tegen te gaan.
Een Figuerboeck of Beeldenaer, in 1575 bij Plnntijn te Ant
werpen gedrukt, alsmede een perenhouten doosje met goudgewicht
van den Middelburgschen goudgewichtmaker Martinus de Bacquere,
dat mede diende om het publiek voor schade aan gewichtbesnoei
ingen te behoeden, zijn tot verdere verduidelijking bij de munten