DEGEXTSCHE EX BRUGSCHE BISSCHOPPEN OYER HET KATHOLICISME IX Z EEUWSOH-VLA AXHEREX GEDUREXDE HE 17® EX 18® EEUWEX, DOOR Dr. J. D. M. COKNELISSEN. Sinds de oprichting der nieuwe bisdommen in 1559 hadden de bisschoppen van Gent en Brugge de jurisdictie over Hulst en Sluis met omliggend gebied. De verovering van Sluis door prins Maurits in 1604 en van Sas-van-Gent en Hulst door Erederik Hendrik in 1644 en 1645 maakte voor de daar wonende Katho lieken de uitoefening van hun godsdienst zoo goed als onmogelijk. Bestendigd werd deze toestand door den Yrede van Munster (1648), die het gebied van Zeeuwsch-Vlaanderen definitief aan de Staten toewees. Van den strijd, dien de Katholieken daartegenin voor het behoud en de uitoefening van hun godsdienst hebben gevoerd, is alles te zamen maar zeer weinig tot nog toe bekend. Enkele gegevens bracht Krüger bijeen in het vierde deel van zijn „Kerkelijke geschiedenis van het bisdom van Breda" en Dr. J. de Huliu gaf in het Nederlandsch Archief voor Kerkgeschiedenis, deel XII (1916) een samenvattend overzicht, van wat er over den toestand van het Koomsch-Katholicisme in Zeeuwsch-Vlaan- deren tijdens de Kepubliek aan het licht kwam. Juist ook deze belangrijke studie laat zien, hoe gewenscht het is nieuw bronnen materiaal te publiceeren. In het archief der Congregatie van het Concilie te Kome be-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1930 | | pagina 181