170 voor die stad zou hebben kunnen wezen, en hoewel inderdaad 's konings houding tegenover zijne nieuwe onderzaten niet on welwillend is geweest, zoo heeft zijn bewind hun geen nieuwe periode van voorspoed kunnen bezorgen noch heeft het zelfs het markiezaat luister bijgezet. Wat betreft het laatste zoo was na tuurlijk van eene persoonlijke aanwezigheid van den heer op zijn bezit nu in het geheel geen sprake meerPhilips was reeds lang den 24en Augustus 1559 vanuit Vlissingen voor goed naar Spanje vertrokken. Zandenburg, ingevolge het testament van heer 'Maximiliaan in vruchtgebruik aan diens weduwe en door haar tweede huwelijk in handen van een anderen Bourgon diër, Jehan, heer van Fromont, gekomen, wien het er om te doen schijnt te zijn geweest zooveel mogelijk van zijn slechts tijdelijk bezit te trekken, geraakte in verval. Wat betreft voorspoed, zoo werden zij, die na het uitsterven van den stam hunner oude heeren toch al zooveel druk, onaangenaamheden en ongeluk als geloofsvervolging, overlast van Spaansch krijgsvolk, brand, over strooming, duurte, bezwaring der stedelijke finantiën ten behoeve van het nieuw arsenaal voor de admiraliteit, weigering van toelating tot de Staten van Zeeland, hadden ondervonden nu nog bij voortduring door soortgelijke of dezelfde grieven of onheilen gekweld, van welke laatste als de bekendste de beruchte Allerheiligenvloed van 1572. hier moge worden genoemd. Hiertegenover vermochten de tegemoetkomin gen door Philips in verschillende octrooien aan zijne onderzaten be wezen slechts geringe vergoeding te bieden, zoodat het te be grijpen is, dat toen eenmaal na de inneming van den Briel Vlissingen zich voor den prins had verklaard (6 April 1572) ook Vere dit voorbeeld heeft gevolgd (3 en 4 Mei). Ingevolge dezen overgang heeft nu de prins den ouden baljuw der stad Jeronimus de Bolle eveneens tot zijne zijde overgegaan bij brief van 15 Juli tot kapitein-generaal en gouverneur van Vere mitsgaders van het kasteel Zandenburg gecommitteerd. Middelburg, meer te verliezen hebbende en altijd ook meer door den souverein begun stigd, volgde dit alzoo gegeven dubbele voorbeeld niet. Door de

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1930 | | pagina 232