105
mitteerde raden van de Staten 't Js Lands en der Grafelijkheid
van Zeeland doen kond en kennelijk eenen ieder dient behoort
hoe dat d'Ambachtsheeren van Serarenskerke, Heijnkensant en
Ovesant uit krachte van octrooi, henluiden bij de Ed. Mog. Heeren
Staten van Zeeland op den 24<en Eebruari 1631 verleent, in
denzelven jare gezamenlijk bedijkt hebben seeckeren aenwas vuijt
de zee opgewassen, gelegen tusschen Walcheren en Zuijt Bevelant,
welcke bedijckinge jegenwoordig genaempt wert St.-Jooslandt,
waarin elk ambachtsheer navolgende het voorschreven octrooi ver
gunt is pro rato van zijn ambacht de tienden, mits dat zij voor
cijns of pentiepacht ten profijte van de Grafelijkheid betalen tien
schellingen Vis. 's jaars van ieder gemet tienden, tot zulken dage
en verbeurte als van andere Grafelijke tienden Bewesterschelt de
pentien betaald moeten worden; en dat zij voorts dezelde tienden
schuldig zullen zijn te leen te houden van de Grafelijkheid van
Zeeland voorschreven, in aller voegen en onder zoodanigen last
van verhef, lossinge en verval als andere Grafelijke tienden conform
de keure van Zeeland bezeten worden. En alzoo Jhr. Jacob de
la Thorre uit krachte van zijn ambacht competeert de tienden
van negen en twintig gemeten, veertien roên, acht voet lands,
makende de nomber van twee gemeten, twee honderdeen en zeventig
roên, vier voet vijf duim tienden, bij hem in den voorschreven
polder bedijkt en hij verzocht heeft, dat wij wilden de voorschreven
tienden ten register stellen op zijn naam. Zoo is 't, dat wij Ge
committeerde Laden voorschreven (behoudens de Grafelijkheid
en een ieder zijn recht), den voorschreven Jhr. Jacob de la Thorre,
oud omtrent de vier en twintig jaren, verlijdt en verleent hebben,
verlijden en verleenen mits dezen onzen brieven (alzoo daaruit
krachte van 't voorschreven octrooi geene lossinge voor deze reize
toestaat), de voorschreven twee gemeten, twee honderd een en
zeventig roeden, vier voet, vijf duim tiende, gelegen en hem aan
gekomen als boven. Om voorts de voorschreven tienden bij hem
bezeten en gebruikt te worden tot een recht Zeeuwsch leen, gelijk
en in aller manieren als d'ordonnantie, die bij willekeure der Grafe-