107
Nisse, Heer van Nisse, de hofstede „Trio"op kavel no. 7
volgerland, de heer Jeremias van Tuijl van Seroosketke, Heer
van Tienhoven en Bruëlis, de le hofstede ten westen van den
Bersten weg; op kavel 110. 9 volgerland, de heer Cornells Balthasar,
de 2e hofstede ten westen van den Bersten weg; en op kavel
no. 11 volgerland, de heer Joan van Ileijgersberg, de hofstede
„Zeldenrust."
Ook zullen op het, voor het stichten van een dorp afgekaveld
terrein, in het westen van den polder, weldra arbeiderswoningen
verrezen zijn ter bewoning van de op de boerderijen benoodigde
landarbeiders. De in 1918 afgebroken herberg „de Witte Zwaan",
was een grooter huis dan de overige woningen en bestond uit
twee vertrekken, waarvan het voorste tot woonvertrek en het
achterste als gelagkamer was ingericht. Uit gebouw is hoogst
waarschijnlijk wel het eerste huis van het dorp geweest; het is
van 1669 tot 1816 als parochiehuis van Sint-Joosland gebruikt
geworden.
Ook werden daar de vergaderingen van ingelanden van de polders
Oud- en Nieuw-Sint-Joosland tot den 21 Mei 1915 gehouden.
Van de geschiedenis van den polder uit den eersten tijd na
zijn bedijking is bijna niets bekend. De eerste notulenboeken
zoowel als de rekeningen ontbreken in het archief van den polder;
het oudste stuk, een notulenboek, begint eerst met den 22en
Mei 1754'.
Ook in het archief der vereeniging van Ambachtsgerechtigden
van 's-Heer-Arendskerke c. a. is niets, b.v. betreffende de uit
voering der bedijkingswerken, de verkaveling van den polder, enz.
te vinden.
Toch kan wel worden aangenomen dat geen buitengewone voor
vallen bij den Sint-Jooslandpolder zijn voorgekomen. Hoewel de
1) Op de hiervoren genoemde kaart van den polder Sint-Joosland no. 457 van
den Inventaris van kaarten en teekeningen door C. de Waard, zonder naam- of
dagteekening maar welke vóór 1644 moet vervaardigd zijn, daar de „Stinckaert" er
nog oubedijkt op voorkomt zijn de acht genoemde hofsteden reeds aaugeteekeud