33
mededeeling gedaan, dat door de Staten van Zeeland de doordelving
van de Leminerplaat „absoluijtelijck geconsenteerd" was en als
bijdrage in de kosten „daartoe gedestilleerd en gegeven hadden
vier jaren van het gemeene Landsincommen over de stad en ressort
van Arnemuiden." 1) Den 6 Juni 1616 werd bij Wet en Raad
geresolveerd kaarten te doen uitzetten om het doordel ven van de
Lernmerplate met den stokke te besteden, tegen den 26 Juni
aanstaande. 2) Den 24 Juni werd evenwel besloten de aanbesteding
uit te stellen oindat er nog geen penningen genoeg voorhanden
waren. De besteding had plaats den 19 Augustus d.a.v. „uit krachte
van het octrooi der Staten van Zeeland en volgens last van Ge
committeerde ltaden". Aannemers waren Claes Adriaanse en
Gornelis Janse „geseit oom Kees". De lengte der besteding
bedroeg 210 Putsche roeden, de breedte van het kanaal was
51/2 lot 7V2 roede en de diepte der ontgraving varieerde van
2 tot 51/2 voet. De aannemingssom bedroeg van 2 tot 6 15
per strekkende roede. 3) Den 4 September 1616 werd door genoemde
aannemers eene herbesteding van dit werk gehouden of van een
gedeelte daarvan ter lengte van 186 roeden, de breedte bedroeg
5]/2 a 6I/2 roede, en de diepte van 3 tot 3 voet.
De prijs per strekkende roede bedroeg van 2:11: tot
£4:5: Hoe lang de geheele lengte van het gegraven
kanaal is geweest, is niet met zekerheid te zeggen, want de be
steding van 9 Augustus 1616 betrof de „reste van het maken
van de kille door de Lernmerplate," zooals in de voorwaarden
wordt omschreven; en de besteding van den 4 September was
zooals reeds is gezegd hoogstwaarschijnlijk eene herbesteding.
Een gedeelte van het werk werd niet gegund.
Daar het kanaal door de Lemmerplaat gedeeltelijk door gronden
1) Resolutiëu ten Rade van Arnemuiden 3 Juni 1616. Uit was reeds toegestaau
door de Staten van Zeeland den 21 Augustus 1615. Zie de notulen der Staten van
Zeeland van dat jaar en van 9 Maart, 16 Maart, 20 Mei, 21 Mei en 1 Juli 1616
2) Resolutiën ten Rade van Arnera. 16 en 21 Juni 1616.
3) De Archieven berustende onder het bestuur der gemeente Arnemuiden, door
C. de Waard, blz. 86, no. 176 en 177.
Archief 1931
3