59
De grafelijke rekening van 1331 noemt enkele plaatsen in
deze watering gelegen, n.l. Hinkelenoord, ser Pieterspolre,
die Mare, Reyeland, Valkenisse en den Ward1). Het is dus
duidelijk, dat de Hinkele gezocht moet worden ten Noorden
van de genoemde plaatsen. In de Oostwatering lagen Crab-
bendic en Eversward het Zuidelijkst en daar de ligging van
alle genoemde dorpen vrijwel bekend is, kan de hoofd
strekking van de Hinkele daaruit bepaald worden, n.l. Oost-
West. Een nauwkeurige aanduiding van den loop is echter
alleen mogelijk van het deel ten Westen van het gehucht
Gawege. Het gebied ten Oosten daarvan is door den beruch-
ten St.-Felixvloed van 5 November 1530 en de daarop
volgende overstroomingen ten onder gegaan en daarmede is
ook het spoor van den ouden stroom de Hinkele in dat deel
verdwenen, terwijl de tegenwoordige gesteldheid geen aan-
wijzigingen meer bevat, die een nauwkeurige reconstructie
van den ouden toestand mogelijk maken, zulks in tegenspraak
met wat indertijd de heer C. Hollestelle hierover aan
Dr. A. A. Beekman mededeelde2). Wel wordt op enkele
kaarten uit de 17e en 18e eeuw ten Oosten van Gawege in
de slikken een kreek geteekend, aangeduid met den naam
Hinkele en zeer vermoedelijk is dit ook wel de oude loop
van dien stroom, doch verder dan tot het Oosteinde van den
tegenwoordigen Mairepolder is daarop geen staat te maken.
Een kaart van J. Geensen van 1698 3) duidt den geheelen
loop van de Hinkele aan, doch met de toevoeging ..waar
schijnlijke".
Wanneer wij in dit artikel de geschiedenis van de Hinkele
behandelen dan is dit ook voornamelijk van het Westelijk
gedeelte, te beginnen bij het voormalige ambacht Maire.
De Hinkele verschijnt voor het eerst in de geschiedenis in
1) Hamaker, De rekeningen der grafelijkheid van Zeeland onder het
Henegouwsche Huis, Dl. I, p. 331.
2) A. A. Beekman, Zeeland in 1300, p. 49.
3) Inventaris kaarten Rijks-Arch. Zeeland, no. 662.