99 veren, Meerman, Sandra, Boreel de Mauregnault, te s-Gra- venhage, Lammens te Gent, Kluit van Rijnsaterswoude en Van der Steege te Amsterdam. Alle deze heeren verklaarden zich tegen de ontbinding voordat alle middelen tot behoud zouden zijn uitgeput. Men zou het Genootschap kunnen samenvoegen met eene andere geleerde maatschappij of met het Middelburgsche departement, dat reeds sinds 1784 in, werking was, en tevens alle mogelijke bezuinigingen aan wenden of ook de contributie kunnen verhoogen. De direc teurenvergadering van 18 Februari 1801 houdt dus de ontbinding buiten conclusie maar besluit wel het huis te Vlissingen publiek te verkoopen. De verzamelingen en verdere eigendommen zullen worden overgebracht naar het Museum te Middelburg, om daar bewaard te blijven totdat men te Vlissingen een eigen lokaal zal hebben verkregen. De schikking geldt voorloopig voor twee jaar en zal worden uitgevoerd door de directeuren P, G. Schorer, N. C. Lam- brechtsen, Van den Heuvel en den secretaris Drijfhout. In eene buitengewone vergadering, gehouden den 14 Mei 1801 in het Museum Medioburgense te Middelburg, brengt de commissie verslag uit. Het huis te Vlissingen is uit de hand verkocht voor 650 vis. en de erop rustende schuld is afgelost. Daarna is een lokaal gehuurd in het Museum te Middelburg, n.l. de benedenzaal grenzend aan het kabinet van het Middelburgsch Departement, en eene kamer daar boven voor de biblotheek, waarop de verzamelingen met een schip zijn overgebracht. De commissie werd omgezet in eene blijvende commissie van toezicht op de verzamelingen. Ook kreeg zij opdracht om de „belangen en luister des Genootschaps allerwegen voor te staan" en hieraan ontleende zij blijkbaar de bevoegdheid om een nieuw Reglement te ontwerpen en voor te stellen. Hoezeer men overtuigd was weder naar Vlissingen te zullen terugkeeren, blijkt uit de bepaling, dat de Algemeene Vergadering aldaar zal worden gehouden. Maar niets is zoo duurzaam als het voorloopige Het Genootschap is tot 1888 in het Museum aan de Latijnsche Schoolstraat gevestigd gebleven en daarna bracht het zijn

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1932 | | pagina 159