52 tricht een vleiend schrijven tot het Bergsche stadsbestuur, waarin zij, wijzend op het Maastrichtsche voorbeeld, de vrees uitdrukten, dat Bergen ook door de Spanjaarden zou worden heroverd. Om nu de stad tegen 'n dergelijken overval te vrij waren, verzochten zij, dat de stad twee vendelen Zeeuwsche soldaten zou innemen, zonder dat dit kosten voor haar mede bracht. Daarover is zwaarwichtig gedelibereerd en gecorres pondeerd. De Generale Staten mengden er zich ook in en een economische blokkade van de Bergsche haven door Zee land werd als middel van pressie in uitzicht gesteld. Het slot van de zaak was, dat de Breede Raad 1en de Markies met Zeeland een overeenkomst (satisfactie) aangingen, waarop de soldaten werden toegelaten. De Markies Jan v. Withem, sterk Spaansch-gezind, had zich ten slotte moeten neerleggen bij dit besluit van den Breeden Raad. Genoemde correspondentie, onderhandelingen, besluiten en voorwaarden van overgave vindt men hierachter afgedrukt, in de volgorde, waarin we ze aantroffen in een afzonderlijk regis tertje, genaamd „Register Resolutiën Breeden Raad sedert 15791584"2), waarvan zij het pièce de résistance3uitmaken. 1De Breede Raad bestaat uit drie deelen te weten Binnenraad, Buitenraad en vertegenwoordigers der zeven natiën. De Binnenraad bestond uit Drossaard, Schout, 2 Burgemeesters en 8 Schepenen. De Buitenraad werd gevormd door de Oud-Schepenen, Oud-Rent meesters en aanwezige Weesmeesters. De gilden waren verdeeld in zeven groepen of natiën, die ieder een vertegenwoordiger hadden. Zie over dit alles uitvoerig Dr. J. Cornelissen, Uit de Geschied, v. B.-o.-Z. in de 15e eeuw, p. 50 e. v. 2) De Breede Raad, 6 Juni 1579 in vergadering bijeen, besloot o.a. tot 'n periodieke bijeenkomst op den eersten Woensdag der maand en „hebben voorts die van den Buitenraede versocht geresolveert te wordden, dat men een registre maeken soude voer die van den Buijtenraedt, alwae; bij den Secretaris soude werdden uuijter stadsregistre de sloten van den Breeden Raede, beginnende van den Vlen Junij lestleden, met ook degene, die men voortaene sal enregistreren, welck registre berusten soude onder Jan d'Ayala, alsnu oudste borgermeester van buijten in den Buijtenraedt, ende successive naer hem altoos in handen van den oudsten borgermeestei van buijten (nisi causam). Mette meeste opiniën is tselve geresolveert volgende de voirschreven propositie". Zie genoemd Register 8vo. 3) Deze stukken werden 23 Aug. 1779 door den toenmaligen Secre taris gecopiëerd. Deze copie is nog aanwezig, 't Blijkt, dat deze de oor spronkelijke spelling niet behouden heeft.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1933 | | pagina 102