12 riers gecommuniceerd, dat door den geweldige-n storm uit den westen en buitengewonen hoogen vloed, welke plaats hebben gehad in den nacht van Donderdag op Vrijdag 1.1. den 14 en 15 dezer maand niet alleen oneindige schadens zijn veroorzaakt, zoowel in deze stad, als door het gansche eiland, maar ook door den geweldigen vloed eene aan merkelijke val is ontstaan in den dijk van de Arne, en dat op een plaats, waar men zulks nimmer gewacht had, verre achter dat gedeelte des dijks, waarop bij deze ver gadering de aandacht nu onlangs was gevallen en welke door heeren Thesauriers gesecureerd, niets had geleden dat door deze doorbraak al het omliggende land was geïnundeerd en heeren Thesauriers, van dit ongeval kennis bekomen hebbende, zich dadelijk naar de plaats hadden begeven met den opziener van stadswerken A. Schraver, en deszelfs consideratiën ge hoord hebbende, waaruit bleek, dat het gat niet kon gestopt worden 1dadelijk tot verhoeding van verdere schade waren overgegaan om, in den geest der deliberatiën, nu onlangs over deze materie bij deze vergadering plaats gehad hebbende, de Arne te sluiten, waartoe dan ook de noodige aanstalte was gemaakt en welke werkzaamheden met een gunstig ge volg schenen bekroond te zullen worden, daar ook deze maat regel in het geval voorhanden diegene zoude zijn, welke aan deze stad de minste kosten zoude veroorzaken. En worden heeren Thesauriers voor de opgegevene ouver ture, betoonde attentie en activiteit dank gezegd, hun Ed. verrichte ten vollen geapprobeerd, en zij geautoriseerd, om op den begonnen voet de werkzaamheden verder voort te zetten, zullende van de werkzaamheden, waardoor de pas sage met rijtuigen van hier op Arnemuiden eenige dagen zal tOp de situatie-teekening van het vroegere bed der Arne, behoo- rende bij bestek no. 370 der Staatsspoorwegen, ziet men in den ouden Arnedijk even ten noord-westen van den spoorweg een weel geteekend, met aan weerszijden den afgebroken Arnedijk. Hoogstwaarschijnlijk is deze weel veroorzaakt door de dijkbreuk van 1808, welke niet meer gestopt is geworden.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1933 | | pagina 62