26
f
Het in bovenvermeld octrooi genoemd schor kan echter niet
het poldertje in Mortiere zijn geweest, want we lezen in dat
octrooi dat het was „twee perceelkens vastaaneen liggende
tusschen der havene 1van Middelburch ende den dijck, alsoe
men van Middelburch gaet naer Arnemeijden, nijet verre van
't cruijs, staende op den voorschreven dijck, dewelcke van zoo
langen tijde, dat geen memorie van menschen en is ter contra
rie, bezouten ende bevloeijd zijn geweest metten watere, com-
mende uijter voorschreven havene ende noch dagelijcx be-
vloeijen".
Het was dus een schor, gelegen binnen de Arnedijken,
hetwelk dagelijks met hoog water ondervloeide. Daarentegen
was het poldertje in Mortiere, gelegen bij den mond der
Arne, in den hoek, gevormd door den zuid-Arnedijk en den
thans genoemden Zaagmolendijk, dus binnendijks gelegen.
Daar ter plaatse vond men in dien tijd het z.g. tweede Arne-
muiden in Mortiere, met het huis te Mortiere, een kerk,
molen, brouwerij enz. 2).
De hiervoren door C. de Waard genoemde oudheidkundige
Verheije van Citters geeft in zijn Memorie over de Vroon-
Leen-Hayman en Vrijlanden in Zeeland een beschrijving van
het zoogenaamde poldertje in Mortiere en schrijft dan o.a.
„Hetzelve maakt uit de noord-oostpunt van de Zuid-watering
en is bedijkt in de Arnée"®). Wanneer die bedijking heeft
plaats gehad vermeldt de schrijver niet, maar zeker niet vol
gens het octrooi van 10 Augustus 1520, want toen was dit
terrein van over langen tijd te voren met gebouwen bezet4).
1Met „havene" wordt hier bedoeld het bed of de vaargeul der
haven.
2) De Kuststreek van het zuid-oostelijk deel van Walcheren in
vorige tijden door A. Walraven en F. P. PolderdijkArchief Z. G. d.
W.. 7e deel. 3e stuk. blz. 283, (Het tweede Arnemuiden in Mortiere).
3) Als voren, Memorie over de Vroonlanden enz., door Mr. J.
Verheije van Citters. blz. 54.
4) Zie de Kaart Nieuwerkerke. Oud Arnemuiden. den Hayman en
Welsinge, a° 1511. Inventaris Kaarten enz., door C. de Waard, blz. 16,
no. 137.