85 noordelijke breedte-cirkels in een boog naar elkaar toege trokken en wel 200, dat de geheele wereld in het gedachte poolpunt kan opgehangen worden aan een koord, dat wordt vastgehouden door de hand Gods boven de hand staan als in een zon de bekende vier Hebreeuwsche letters (I.H.W.H.) die Jehovah (Jahweh) aanduiden. Rondom die hand zijn in keurig regelmatig schrift (alsof het gedrukt is) geschreven in Latijnsche vertaling de woorden van den psalmist (Jehova) Qui extendit orbem super inane, suspendit terram super nihilum, et tribus digitis pulverem eius comprehendit. Q Nabij de Zuidpool staat een groot vastland geteekend „Terra australis incognita", maar de „Fretum Magellani staat aangegeven. Aan den onderrand van de kaart staat verder Domini est terra et plenitudo ejus, orbis terrarum, et universi qui habitant in eo. Psalm 24.1. 2) Het geheel is door een cirkelvormige band omgeven, waarop de woorden Iehova Domine noster, quam admirabile est nomen tuum in universa terra.3) Dan is onder de geheele kaart nog toegevoegd een spreuk uit Cato [II. 9] Corporis exigui vires contemnere noli Consilio pollet, cui vim natura negavit. 4) En dan volgt de dedicatie 1) Jehova, die de wereld uitspant boven het ijdele, de aarde ophangt boven het niet en met drie vingers haar stof bijeenhoudt. 2) Des Heeren is de aarde en hare volheid, de wereld en allen die daarin wonen. 3) Heer onze God, hoe bewonderenswaardig is uw naam op de geheele aarde 4) De spreuk van Cato kan als volgt worden weergegeven Minacht een lichaam, nog zoo klein, toch nooit als gansch onmachtig, Want wien natuur de macht onthield, is door beleid vaak krachtig. Dat Jodocus Hondius deze spreuk kende, is niet vreemd, immers die spreukenverzameling behoorde destijds tot de gewone lectuur der Latijnsche school, o.a. te Middelburg. Vreemder is misschien, waarom hij juist deze spreuk onder zijn wereldkaart plaatste of het moest zijn, dat hij be doelde deze kleine kaart stelt de groote wereld voor.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1934 | | pagina 155