46 Over Hondius, zijn tuin en zijn boek bestaan verschillende publicaties. J. van der Baan behandelde het leven van den schrijver in het jaarboekje Cadsandria, 1856. Van S. Wal raven verscheen eene studie over de botanische verdiensten van Hondius, in Cadsandria, 1857. Sloet tot Oldhuis besprak het tuinbouwkundig werk van den predikant in het Tijdschrift van staathuishoudkunde en statistiek, IX, 441 vlg. Over de taal van het boek schreef in het Tijdschrift voor Nederlandsche taal- en letterkunde, VI, 103 vlg., J. G. Fre- deriks, die ook de persoonlijkheid van den auteur geenszins uit het oog verloor. Vast is komen te staan, dat Petrus Hondius omstreeks 1578 te Vlissingen is geboren als zoon van den predikant Cornelis de Hondt aldaar, die, met opoffering van de onroerende familie-bezittingen, welke tijdens het Bestand door Petrus zouden worden bezocht, om het geloof uit Beveren bij Kort- rijk was gevlucht, waarna hij zich ten slotte in Zeeland ves tigde. De heer Chr. Hondius te Middelburg vestigde mijne aandacht op eene aanteekening van A. A. Vorsterman van Oijen in zijn werk Stam- en Wapenboek van aanzienlijke Nederlandsche familiën, II, blz. 74, welke behelst, dat Mar- tinus Hundius omstreeks 1566 naar de Palts vluchtte. Waar schijnlijk was deze Martinus de vader van Cornelis en week hij uit tezamen met diens gezin. Eerst moet dit zich nog in Duitschland hebben opgehouden, want de oudste zoon, Jacobus, bekend als schrijver van theologische werken en op volger van zijn vader als predikant te Vlissingen, geeft in zijne geschriften herhaaldelijk op te zijn geboren te Watten- heim in de Palts. Petrus liet zich den 16 October 1596 te Leiden inschrijven als student1). Drie maal verdedigde hij daar stellingen ter oefening, nl. in 1599, 1600 en 1601 2). Den 4 Juli 1604 ving hij zijn predikantswerk te Terneuzen aan. Hij leefde onge- 1Dit werd mij welwillend bevestigd door het Bureau voor inlich tingen der Rijksuniversiteit te Leiden. Hondius was aanvankelijk litt. stud. 2) P. C. Molhuysen, Bronnen tot de geschiedenis der Leidsche Universiteit, I (R.G.P. 20), blz. 469*.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1934 | | pagina 106