65
zuimde geen poging, om herziening dezer zoo ongunstige
bepalingen te verkrijgen1). De landvoogdes, niet doof voor
de klachten der Arnestad, die zich op het plakkaat van 1524
beriep ten aanzien van haar gepretendeerd monopolie en ook
inzake de regeling der bovengenoemde vier uren in verband
met de wisseling van het tij een verandering wenschte, gaf
eenige maanden later een interpretatie van het gewraakte
plakkaat, waarbij „na rype deliberatie" werd bepaald, dat de
Fransche wijnen, die zouden passeeren voorbij de haven van
Middelburg en Arnemuiden en daar wilden ontladen, „zullen
sculdich zijn stapel te houden binnen de voirscr. stede van
Middelburch", doch als de wijnschepen zouden varen door
de Roompot of over de Honte, zij hun stapel zouden moeten
houden te Zieriksee2). Groot schijnt het succes niet, doch
althans voor een deel van den wijnaanvoer bleef Middelburg
dus de gedwongen marktplaats. Daar van het oude archief
van Zieriksee weinig over is weten wij omtrent het effectieve
bezoek van wijnschepen aan deze stad niets, en ook de overige
bronnen brengen hierover geen gegevens. Veel schade zal
zij Middelburg wel niet hebben aangedaan zooals uit de
talrijke bevrachtingscontracten, te Bordeaux gesloten 3), blijkt,
bleef uit den aard van haar ligging en beteekenis de Arnestad
voor en na het doel van misschien niet alle, dan toch van de
meeste Fransche wijnkooplieden.
Toch liet de stapelgedachte het stadsbestuur geen rust.
In 1556 diende het bij den landsheer een request in 4), waarin,
na een jammerklacht over den achteruitgang der stad tenge
volge van het verloop van een groot deel van het verkeer
naar haar Walchersche concurrenten en naar Antwerpen,
werd herinnerd aan het vroeger verleende privilege van de
gauge men had hierbij het plakkaat van 1524 op het oog,
en zweeg listiglijk over de minder gunstige regeling van 1546
en werd geklaagd, dat die van Antwerpen door spits
vondige uitlegging het voorschrift ten detrimente van Middel-
1) Sneller en linger, a.w. nos. 673676. 2) t.a.p. no. 677.
3) Zie bv. t.a.p. nos. 698, 699, 713—721.
4) Bronnen III no. 731. Zie ook no. 729.
Archief 1935. 5
