114
Bont en veelkleurig, doch weinig omvangrijk, ziedaar het
Italiaansch-Walchersche verkeer.
e. Engelschen en Schotten.
Zooals boven reeds werd opgemerkt, hield ook na 1444 het
verkeer der Engelschen in de Arnestad niet op, zoomin als
deze voordien daarvan het monopolie hadden gehad. Echter
absoluut en vooral relatief had dit verkeer in deze periode
toch niet die beteekenis, welke de oudere kenmerkte.
Reeds in 1445 wilden de Engelschen hun Bamismarkt te
Middelburg houden1) in 1447 maakte de stad ernstig be
zwaar tegen het landsheerlijk invoerverbod van Engelsche
lakens en garen, waarvoor zij geprivilegieerd beweerde te
zijn-). En dat deze voornaamste artikelen van den Engel
schen uitvoer voor de Middelburgsche Wirtschaft van groot
belang waren, leert ons ook de enquête van 1465, gehouden
naar aanleiding van een nieuw invoerverbod, dat moeilijk
heden dreigde te verwekken voor de vele Middelburgsche
poorters, die deze artikelen hadden aangewend en ze wilden
verwerken en verhandelen3).
Gedachtig aan het belang, dat dat verkeer der Engelsche
kooplieden oudtijds voor de stad had gehad, gaf zij de hoop
niet op hen weder aan zich te binden. De omstandigheid,
dat zij zich, blijkens herhaalde veranderingen 1465 naar
Utrecht, 1480 naar Bergen-op-Zoom te Antwerpen nog
niet geheel op hun plaats schenen te gevoelen4), gaf hieraan
stellig voedsel. In 1475 werd ernstig onderhandeld over den
stapel der ..Noirtvaerders uut Ingelant", waarmede de koop-
1) Bronnen II p. 328. In 1452 waren zij er ook, zie Smit, Bron
nen I no. 1389.
2) Sneller, Walcheren p. 126. Ook in 1449 en 1450 werd hierover
onderhandeld zie Bronnen II p. 336, p. 338, en Smit, Bronnen I no. 1354.
3) Sneller, a.w. p. 126 Smit, Bronnen I no. 1549. In H69 nam
Middelburg deel aan de dagvaart betreffende de Engelsche lakens,
gehouden te Brugge, zie Smit, Bronnen I, no. 1594.
4) Sneller, a.w. p. 128.