118
„nyetmin, men bidt hemluyden, dat sy den ingesetenen vor
deren willen voer de vremde" het bewijsrecht, en andere
onderwerpen, in voor den Britten gunstigen zin geregeld
voor den gouverneur werd een huis beschikbaar gesteld, en
tot verlichting van den Zeeuwschen tol, dien zij te Middel
burg eens zoo hoog betaalden als te Antwerpen, zou hun met
Pinksteren en Bamis dus tijdens den duur der Antwerp-
sche markten 40 VI. worden toegelegd bij niet-na-
koming der voorwaarden zou de stad 1000 pond verbeuren.
Verheugd over haar succes, putte de stadsregeering zich uit
in royaliteit zij gaf een grooten maaltijd en onthaalde den
gouverneur op wijngeschenken, evenals in de volgende jaren
der vestiging1). Maar de Engelsche natie zou de overeen
gekomen zeven jaren niet uitzitten. Vijf maal wordt in de
stadsrekeningen de betaling van bovengenoemde tweemaal
40 vermeld de laatste rekening echter, die deze uitgaaf
verantwoordt, brengt tevens de ontknooping daar de koop
lieden bevonden, ,,dat huer prouffijt hier nyet en was, over
mits dat veele diverssche coopmanscepen, hemluyden die
nende, hier niet ghebracht en wyerdt", en velen hunner de
lucht van het land niet konden verdragen de klacht is
naar wij weten niet nieuw verzochten zij annulleering van
het contract onder belofte van betaling van een schadeloos
stelling aan de stad, te betalen in drie termijnen 2). De maal
tijd, aan den gouverneur te Bergen geschonken 3), mocht der
Arnestad niet meer baten
Echter, het stadsbestuur gaf de hoop, de natie te herwin
nen, niet op. In 1536 vernemen wij wederom van besprekin
gen met den courtmeester, te Bergen en te Antwerpen, om
den stapel „te trecken binnen deser steededoch effect
schijnt dit niet te hebben gesorteerd, hoezeer Middelburg
zich van de „commoditeyt van der havene" de nieuw ge
graven verbinding met de zee, die in 1535 was voltooid
1) Bronnen II p. 432, 433, 436. 439, 440.
2) t.a.p. p. 435, 441, 611 n. 10, 11, 614 n. 20, 23, 615 n. 7.
3) t.a.p. p. 442.
