119 succes voorstelde en hoe nabij de verwezenlijking der hoop ook moge zijn geweest1). Eenige jaren daarna, in 1542, klaagde de stad over het verloop der Engelschen naar Veere, waar de uitvoerverboden minder streng gehandhaafd werden dan in het landsheerlijke Middelburg En dat de Engelsche schippers en kooplieden ondanks alles Walcheren bleven be zoeken. leeren ons zoowel de gegevens der ankeragelijsten, waar sinds 1535 ook de Britten paraisseeren 3als de meer malen genoemde rekeningen van in- en uitvoer van 1543 1545 en 15511552, die herhaaldelijk van Engelschen gewag maken 4En toen, door het overgaan der stad aan Frankrijk, in 1558 de stapel van Calais moest worden verplaatst, haastte de Arnestad, in middeleeuwsche tradities voortlevend, zich te trachten, nog eenmaal den Engelschen wolstapel binnen haar muren te verkrijgen. Tal van reizen, naar Londen, naar Brussel en naar Brugge, werden hiervoor ondernomen ook Leiden, de groote afnemer der Engelsche wol, steunde dit streven, dat bijna met succes werd bekroond de commissa rissen van den stapel bezochten Middelburg, waar hun ,,de gelegentheyt van der stadt mit alle packhuysen" werd ver toond en zij, op hoop van zegen, gul werden onthaald, terwijl aan iemand te Londen, die de stad aldaar goede diensten had bewezen in deze zaak, uit dankbaarheid ..een schoon silver becken" werd vereerd5). Maar ook ditmaal slaagde de stad niet de Engelsche wolstapel werd tenslotte te Brugge ge vestigd. In 1567 flikkerde de hoop nog even op. Vernomen hebbende, dat de stapeliers Brugge wilden verlaten, bood Middelburg gunstige voorwaarden ingeval van vestiging aan de Arne, doch verder dan de belofte, ingeval van verhuizing de stad nader te zullen berichten, ging men van Engelschen kant niet6). Nooit meer is de stapel der Engelsche wol te 1) Bronnen II p. 471, 473, III nos. 551, 555. 2) Bronnen III no. 598. 3) t.a.p. p. 820826. 4) t.a.p. p. 409, 416, 419. 420, 429, 434, 436, 591, 592, 594—596, 598—602, 605—607. 5) Bronnen II p. 501503, 505, III nos. 751, 758. 6) Bronnen III nos. 836838.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1935 | | pagina 185