214
waren Hoeksch. Zieriksee wilde afwachten welke partij ten
slotte de overwinning zou behalen. Walcheren en Middelburg
stonden sterk onder den invloed van de Borseles, die zonder
uitzondering Kabeljauwschgezind waren. De abt van Middel
burg, de stad Middelburg en de heer van Borsele van Veere
vormden het dagelijksch bestuur van het eiland en van Zee
land. Ja, de overwegende invloed van den Veerschen heer
onder den adel groeide op den duur uit tot een officieel eerste-
edele-schap. Toch werd Jacoba den 31 Juli 1417 te Middel
burg als wettige landsvrouwe gehuldigd1). Maar ook de
huldiging van Jan van Beieren ondervond geene moeilijkheden
(26 April 1420) 2). En toen Humphrey van Gloucester om
streeks Nieuwjaar 1426 met eene vloot bij Schouwen ver
scheen, zond Middelburg ongeveer 300 gewapenden om
Philips van Bourgondië tegen de Hoeksche strijdkrachten bij
te staan3). De voornaamste Zeeuwsche Hoekschgezinde edelen
sneuvelden in den slag bij Brouwershaven op den 13 Januari
en nog geen maand later huldigde Middelburg den over
winnaar Philips (10 Februari) als ruwaard en oir (erfge
naam) van Zeeland4). Kort daarop (1 Maart) ontsloeg Jan
van Brabant Zieriksee van hare onderdaansplichten ten be
hoeve van Philips en na een kort beleg ging de stad over
aan Bourgondië (13 Maart).
Zeeland als gewest stond sindsdien geheel aan Philips' zijde.
Voor de geestelijkheid was de toestand gecompliceerder.
Zij toch behoorde niet slechts tot Zeeland maar ook tot het
bisdom Utrecht, dat zwaar te lijden had onder het schisma,
de kerkelijke verdeeldheid.
Het abdij-archief bewaart eene oorkonde van Philips d.d.
13 Februari 1426 5), waarbij de vorst, toen nog te Middelburg
vertoevende, den abt en het klooster in zijne bescherming
1) H. M. Kesteioo, De stadsrekeningen van Middelburg, 13651449,
in Archief v. h. Zeeuwsch Genootschap der W., V, 2e stuk, blz. 300.
2) Kesteioo, a. w., blz. 304.
3) Kesteioo, a. w„ blz. 308.
4) Kesteioo, a. w., blz. 308.
5) Fruin, a. w., blz. 314, regest no. 697.