2
één blik op de oudste kaarten 1doet zien, verbonden met de
toen nog geen twee kilometer van de stad verwijderde open
zee het opwassen van het Nieuwland, gevolgd door de
bedijking in 1631 en volgende jaren2), heeft de Middelburg-
sche waterweg zwaar benadeeld en de oorspronkelijke zeestad
langzamerhand tot landstad doen veranderen. Met groote
opofferingen hield Middelburg de verbinding met het rijkdom
brengende element open, totdat tenslotte de strijd moest
worden opgegeven3). In 1816 werd een nieuw kanaal naar
zee gegraven, thans in de richting Veere, waarop groote ver
wachtingen waren gebouwd, doch vergeefs. De veranderde
economische verhoudingen, die het verkeer samentrokken in
enkele goed toegeruste havens, gaf aan het steeds ongunstiger
gelegen Middelburg geen kans. Als erfgenaam van een niet
onbelangrijk verleden, als bestuurs- en marktcentrum en als
architectonisch openluchtmuseum leeft thans de grijze Arne-
stad haar moeizaam leven voort
Men kan de ontwikkeling van Middelburg als handelsstad,
die zich over een periode van bijkans zes eeuwen uitstrekt,
in twee tamelijk scherp onderscheiden perioden verdeelen. De
eerste loopt van de oudste tijden tot het beleg, dat in 1572
rond de stad werd geslagen de tweede periode vangt met het
jaar 1574, toen Oranje Middelburg veroverde, aan en omvat
vrnl. de 17e en 18e eeuw. De Fransche tijd gaf Middelburg
een klap, waarvan het zich niet meer heeft hersteld. In den
loop der 19e eeuw gingen de laatste sporen der instellingen,
waaraan in den goeden tijd de bloei der stad had gehangen,
voor goed ten onder de Middelburgsche Commercie-Com-
pagnie, in 1720 opgericht, beëindigde in 1889 haar bedrijf
in de scheepswerf, die de oude scheepvaart reeds lang had
1Zie bv. de zeer instructieve kaart van Tsgrooten, gereproduceerd
in M. van Empel en H. Pieters, Zeeland in den loop der eeuwen,
tegenover p. 16, en de reproductie der kaart van c. 1500 hiertegenover.
2) Zie F. P. Polderdijk, Het eiland St. Joosland (Archief Zeeuwsch
Gen. 1931, p. 1 vlg.).
3) Zie hiervoor H. van Oordt, De havens van Walcheren (Archief
Zeeuwsch Gen. 1919, p. 53 vlg.).