12
t
richten en voor het onderhoud daarvan toestond van alle
schepen, ,,die binnen den gaten tusschen Walcheren ende
Wolpen ende tVeergat incomen sulleneen zeker recht te
heffen 1
Het kan niet verwonderen dat Walcheren, gelegen als het
was vlak bij Vlaanderen en ongeveer aan het kruispunt dezer
handelswegen, zich van een deel van dit internationale ver
keer wist te verzekeren. De (toenmalige) oostrand van het
eiland2), thans ingepolderd en producent van landbouwpro-
dukten, was in de Middeleeuwen het terrein van een drukke
scheepvaart-bedrijvigheid. Daar overwinterden onder veilige
bescherming de Hanzeaten, voordat zij in het voorjaar hun
reis naar Engeland of het Westen voortzetten daar ankerden
deze en andere schippers, ten einde in ,,hueden" lichters
zouden wij zeggen de koopmanschappen uit hun diep
gaande schepen met bestemming naar Brugge of naar Ant
werpen te doen lossen3). En al was Middelburg, landinwaarts
als het eenigszins lag en met de zee tot 1535 slechts door
de nauwe en kronkelige Arne verbonden, schijnbaar niet
gunstig gelegen4), toch heeft de Arnestad, die het vóór haar
gelegen Arnemuiden geheel naar haar belangen heeft weten
te dwingen, in voortdurenden strijd met haar beide concur
renten Veere en Vlissingen gedurende eeuwen de belang
rijkste plaats onder de Walchersche handelssteden ingenomen.
Vingen Walcheren en Middelburg dus door hun ligging
althans een deel op van het Europeesch handelsverkeer, dat
zich naar Brugge richtte, daarnaast bracht, telkens wanneer
de vreemde kooplieden redenen meenden te hebben Brugge
te verlaten om het aldus door boycott, het meest gebruikelijke
middel in den middeleeuwschen handelsstrijd. naar hun wen-
1) Privilegia ducis Karoli (Alg. Rijksarchieef, Leenkamer no. 64) f.55.
2) Zie hierna hfdst. II, 1.
3) Het veer tusschen Middelburg en Brugge wordt in de stadsrekening
1392/1393 voor het eerst genoemd, zie Bronnen II, p. 231 zie ook
no. 196, p. 236.
4) Men moet deze ongunst echter niet overdrijven, zooais de stads-
regeering in haar memorie van 1531 (Bronnen I, no. 653) ook deed
Lübeck, Danzig en Brugge lagen oogenschijnlijk weinig gunstiger.