49
neer, na de langdurige vreedzame regeering van Karei den
Groote en ook nog grootendeels van Lod. den Vrome de
tijden veranderen, is dit door de steeds sterkere dreiging der
Noormannen een stelsel van verdediging wordt ingericht tot
steunpunten voor de kustwachten van het rijk op Walcheren
komt een sterke bezetting en ten slotte geeft het bericht van
den eersten inval in 837 door de Noormannen de namen van
een comes Eggehardus en Hemming, dux, ex stirpe Danorum,
zooals hiervoor reeds werd aangehaald. De vroege aanwezig
heid der drie Burgen is dus hoogstwaarschijnlijk, met de bij-
behoorende kerken, zooals ook nog blijkt in 841, uit de klacht
van den annalist, dat Walcheren als christelijk land aan den
heidenschen Noorman Heriold in leen wordt geschonken,
eveneens reeds vermeld.
Natuurlijk ontgaan ons verdere bijzonderheden, maar deze
eerste volledige kerstening, gegroepeerd om de drie burgen
is zeer waarschijnlijk. En ook de ligging der Haymanlanden
zoowel bij Domburg als te Middelburg wijst op de bezetting
door de Vikingen van deze Burgen in 837 en later de typi
sche ronde vorm, die meer voorkomt, ook in Vlaanderen,
pleit tegen een aanleg door de Noormannen. Het sterkste
argument is hier de Burg te Burgh (Sch.) met beslist vroege
scherven, vóór de Noormannentijd. Van dien te Souburg, hoe
wel van hetzelfde type, is ons verder niets bekend, wel is het
hoogstwaarschijnlijk dat zoowel hier als te Middelburg de
eerste kerken bij de burgen eveneens voor 837 te dateeren
zijn. Ook te Souburg sluit de kerk van Oostsouburg zoo duide
lijk tegen den burg aan, dat dit ten sterkste in die richting wijst.
Overziet men het geheel, dan krijgt men den indruk dat de
eerste kerstening, in den burg te Domburg aangevangen, in den
welvarenden tijd onder Karei den Groote en Lod. den Vrome,
parallel met de stichting der andere burgen, over het geheele
eiland is uitgebreid tot een volledige kerkelijke organisatie.
Moederkerken of eerste kerken zullen geweest zijn Dom
burg, Oost-Souburg, en één of beide der Monsterkerken bij
Middelburg.
De latere wijzigingen zijn hiervoor reeds vermeld ook bij
Archief 1937.
4