Ill in 1653 echter werd de schuldenaar te Tholen in gijzeling gesteld1). Zijn faillissement volgde. 11 Januari 1654 ver schijnt hij nog in persoon voor schepenen van Vossemeer2) maar spoedig daarna neemt hij de wijk en vlucht over het water, nagezet door den baljuw van Poortvliet. Heeft nu wellicht deze Maerten Geldersman op 't Roose velt, die in 1647 te Oud-Vossemeer gegoed was, een zoon Claes Maertensen gehad, die, afgeschrikt door den tegen spoed van zijne familie, omstreeks 1650 naar Amerika emi greerde en zich daar, brekend met zijn verleden, niet noemde Geldersman, maar Rosevelt Onmogelijk lijkt het zeker niet Er is naar gespeurd, om te beginnen in de schaarsche papieren, die een flauw licht werpen op de afwikkeling van Maerten Geldersmans faillissement. Het huis van diens moeder Maijke Maertens te Oud-Vossemeer werd in Juli 1654 in beslag genomen 3). Waarschijnlijk hangt dit feit wel samen met de maatregelen, genomen tegen Maerten Geldersman, want de landelijke bedrijven liepen ineen. In hetzelfde jaar werd van Maertens boedel te Vossemeer een koopdag gehouden4) en in 1658 ging zijne hoeve op het Rosevelt over in handen van Adriaan Stevens5), Nergens echter is sprake van een zoon Claes. Naar dezen hypothetischen zoon is verder gezocht in wat er over is van de doop- en trouwboeken, in het rechterlijk archief van Tholen, de rekeningen der geestelijke goederen, de domeinrekeningen, maar zonder succes. Hier moet echter worden bijgezegd, dat vele serieën incompleet zijn, waardoor ook de nasporingen onvolledig moesten blijven. Het leek niet onmogelijk, dat een Claes Martens omstreeks 1650 met kerkelijke attestatie naar Nieuw-Amsterdam was vertrokken. De kerkelijke archieven van Tholen en Vossemeer Lasonder, Inventaris rechterlijke archieven der Zeeuwsche eilanden, no. 5182, in dato. 2) A.w., no. 5452, in dato. 3) A.w., no. 5452, in dato. 4) A.w., no. 5452, in dato. 5) A.w., no 5182, in dato.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1937 | | pagina 167