114 niets omtrent het geslacht Roosevelt maar het bracht mij op het spoor van eene andere bijdrage Een voorvader van ex- president Rooseveldt, door denzelfden schrijver geplaatst in den genoemden jaargang, blz. 1 vlg. Zij handelt over Claes Maartenszen, bijgenaamd Cleijn Claesjen, en maakt o.a. melding van een tocht, door hem reeds in 1616 ondernomen, bij welke gelegenheid hij door Indianen werd gevangen genomen. Ook wordt verhaald van een geschil tusschen Philip Teyler en Nicolaas Maartens, op den 26 Au gustus 1638 door den Raad van Nieuw Nederland behandeld. Zijne bronnen noemt de heer Penninck niet vermoedelijk kan de juistheid van zijne mededeelingen in hoofdzaak slechts aan de hand van archieven in de Vereenigde Staten worden getoetst. Wat naar aanleiding van dit artikel in Zeeland kon worden gedaan, is alsnog verricht. Wij hebben het onderzoek heropend. Merkwaardigerwijze vindt het verhaal over de expeditie naar de Indianen in 1616 eene gedeeltelijke bevestiging in het werk van Dr. F. C. Wieder, De stichting van New-York in 1625. Op blz. 8 gewaagt de schrijver van eene kaart, door de Directeuren van Nieuw-Nederland overgelegd (aan de Staten- Generaal) in 1616. De kaart bevat o.a. eene „inscriptie, waar uit blijkt, dat een zekere Kleyntjen met zijn compagnon Wes telijk van Fort Nassau langs de Susquehanna verkenningen verricht had. En uit het rapport van Hendricksz blijkt, dat hij drie personen behoorende tot de Compagnie van Nieuw- Nederland van de Maqua's had losgekocht. Volgens Cham- plain waren zij in 1614 door de Indianen gevangen genomen Naar dit bericht is dus niet Kleyntjen den Indianen in handen gevallen, maar heeft Hendricksz anderen uit de ge vangenschap verlost. De notulen der Staten-Generaal van 18 Augustus 1616 deelen mede, dat Cornelis Henricxz, schipper, met Bewind hebbers van Nieuw-Nederland voor de tweede maal rapport doen over het ontdekken van land, liggende op de hoogte van 38° tot 40°, volgens eene daarvan geteekende kaart, en verzoeken om een uitsluitend handelsoctrooi voor vier jaren.

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1937 | | pagina 170