20
en vaststaande feiten uit denzelfden beschavingskring en een
maal daarmede samenhangende en logisch verbonden. In al
wat ons op dit terrein van folklore en dialect bewaard bleef,
zien wij slechts de min of meer duidelijke afdrukken van wat
eenmaal in zijn oorspronkelijke, gave vorm deel uitmaakte
van een of meer der hier eenmaal heerschende beschavingen,
jammer genoeg niet zoo scherp geconserveerd als de fossielen
van planten en dieren, afgedrukt in de aardlagen of ge
steenten.
En tot juiste beoordeeling en gevolgtrekking doorkruise
men deze voorbijgegane eeuwen als een korte spanne tijds,
alsof dit alles nog slechts gisteren was gebeurd en in de
zekerheid dat de vele geslachten, die ons van die vroege tijden
scheiden, in hooge mate hechtten aan wat de vaderen hun
overleverden, zoodat een sterke traditie steeds heeft bestaan
en veilig mag worden aangenomen.
Het is evenwel verklaarbaar, dat onder den invloed van
volgende beschavingen veel meer van het uiterlijk, de vormen
en benamingen, dan van de beteekenis, het karakter of inner
lijk der vroegere tijden is bewaard gebleven.
Dat daardoor ook op dit terrein voetangels en klemmen
liggen en men, vooral met verklaring van benamingen, hoogst
voorzichtig in zijn conclusies dient te zijn, blijkt b.v. weer uit
het volgende
Volgens Boers t.a.pl. blz. 114 is Haaijgemeten gelijk aan
Heidegrond, geestland, waarvan geene lasten geheven wor
den, terwijl in „de Kust" t.a.pl. blz. 41 1ditzelfde woord
Heide wordt genoemd ter toelichting der verschillende
„Vlaamsche plaatsen op de kust, die door hunne vlakke lig-
„ging het uit- en invaren van visschersbooten mogelijk maak-
„ten (vgl. het woord Heide in het benaming Nieuwe Heide,
„door de zee of op de zeewateren gewonnen)."
Duidelijker is wel niet aan te toonen, dat deze beide ver
klaringen van Hayman en Yde hoogst waarschijnlijk onjuist
zullen zijn.
1) Vlietinck, t.a.pl.