57
met bemuring. wel noodig, evenals ook voor Vlissingen, in
die onrustige tijden. Was niet reeds in Wolferts dagen Veere
een bedreigd punt meermalen geweest 1Men denke aan
de bezetting met ruim 500 Duitsche knechten, onder den heer
van Pamele op Palmzondag 1485, uit naam van aartshertog
Philips, onder voorwendsel te dienen tegen de Vlamingen en
andere vijanden, lees de Hoekschen, waartoe Borssele immers
zelf behoorde.
De tijdsonrust deed ook voor de belangen van Vlissingen
vreezen en in 1489 wordt ook deze stad door Anna en Philips
ommuurd, daar men op moest passen voor Sluis, achteruitge
gaan als Brugge (zie ook boven) en niet minder jaloersch op den
vooruitgang der Walchersche steden. Had niet uit datzelfde
Sluis een bende op Pinksteren 1485 tijdens de godsdienst
oefening de stad overrompeld en er leelijk huisgehouden?2)
Maar ook Vlissingen, evenals Veere, speelde desniettemin
een steeds belangrijker rol in die periode en beide laten zich
gelden, ook als het geschillen van Vlissingen en Westkapelle
betrof met die van Middelburg, zooals in 1496. In hun stad
Vlissingen werd het meer en meer gebruikelijk, dat vorstelijke
personen hun reis aanvaardden of er terugkwamen, gelijk
reeds bleek van Johanna van Arragon en Margaretha van
Oostenrijk 1497, 6 Februari) en (23 Mei) 1500 van dezelfde
Johanna, thans moeder van Karei, en Philips, op weg, naar
we vroeger gezien hebben, naar Souburg. Wel vergden der
gelijke bezoeken financiëele offers, ook van die steden, waar
1) Trouwens ook Vlissingen was niet verschoond gebleven van
ongewenscht bezoek", waarover dadelijk, en Westkapelle zelfs eenmaal
in brand gestoken, daar Philips van Beveren met zijn troepen te laat
gekomen was om zulks te verhinderen.
2) Over de bemuring van Vlissingen C. J. P. Dommisse, De geschie
denis van de Westpoort te Vlissingen", bl. 97 vlg. Uitvoerig over die
versterking en daarmee gepaard gaande vergrooting P. K. Dommisse.
De ambachtsheerlijkheid van Oud-Vlissingen en de wording van Nieuw-
Vlissingen", in ArchiefZeeland 1910, in het bijzonder bl. 140 vlg.
Ook aan de fortificaties van Veere wordt steeds weer gewerkt. Zie een
besluit van Burgemeesters en Schepenen, bevestigd door Anna en Adolf, van
10 Maart 1514/15 (bij van Visvliet, „Inventaris oude Archieven". II. 291).