87 en enkele andere bronnen, ook blijkens 's schrijvers eigen ver klaring, in hoofdzaak gebaseerd op studie van Obreen's op stellen in Maandblad Nederlandsche Leeuw XLV, 242 en vlg., inderdaad een belangrijke leidraad, ook voor het onze. Moge ook onze schets want meer wil deze proeve voor het geslacht interessant genoeg voor ons doel om er nog wat van mede te deelen èn om het feit zelf èn om de onderlinge verwantschap in het geslacht om dien tijd 30 Mei 1316 Heer Wolfert van Borssele maakt verdrag met zijn 3 broeders, Florens, Vranck en Klaas (welke laatste N.N.B.W. X 98, waar in het artikel Wolfert I, van belang ook door de besproken huwelijken met het geslacht van Voorne en waar ook Hendrik Wisse, de testamenteur van 1303 (zie boven) e.a. kinderen van Wolfert I vermeld worden, nog steeds, ook daar, gelden als stamvader der Brigdammers ten onrechte naar we boven gezien hebben) en wel over de erfgoederen van hun vader, ten overstaan van zijn zwager, den Graaf van Holland en Zeeland. Van dezen Graaf Willem was nl. een bastaardzuster (Aleijd) getrouwd met dezen Wolfert II van Borssele, heer van Veere (zie t.a.p. 180181). En elders (462463) wordt dan nog Cibelie genoemd, nicht van den Graaf, dochter van Wolfert I, in verband met een huwelijk met Jan van Kuilenburg, neef van de heeren van Abcoude (24 Juli 1328). Een andere verbintenis, nl. van een Raes en een Floris, vader en zoon, met een ander aanzienlijk geslacht, dat der Renesse's, en wel door Floris' echtgenoote Lysbet, dochter van Jan van Renesse, vinden we (op 1390) nog elders (III 554). In het algemeen komen we in verband met het bestuur van hertog Albrecht met meerdere Borsseles uit verschillende takken in aan raking (zie ook boven). Zoo achtereenvolgens, behalve met genoemde Floris (en Lysbet van Renesse), met Nicolaas van Borssele, heer van Cortgene (en zijn vrouw Marie van Arnemuiden) en diens vader Raes (zie boven)dezelfden, die den Graaf Popkensburg en Brigdamme opdragen om het wederom in leen te ontvangen (7 December 1401), mits het huis een open huis voor den Graaf blijft (van Mieris III 750), zooals iets dergelijks al vroeger (1386) te pas kwam tegenover dat van Elle- woutsdijke door hertog Albrecht verkocht aan Raes van Borssele, den Rentmeester van Bewester Schelde. En in den tekst is al voldoende licht geworpen op de kwestie, waarin genoemde hertog, in den tijd dat hij nog ruwaard was, te stellen had gehad met Floris van Borssele, den weerspannigen slotvoogd van Heusden, totdat tenslotte in 1359 de verzoening gevolgd is. Evenals op de aan zienlijke beteekcnis van verschillende Borsseles in de daaropvolgende eeuwen vóór, tijdens en na Jacoba van Beieren en Philips van Bourgondië, en nog later. En wat het ..Oorkondenboek" aangaat, breng ik meerdere vermeldingen in herinnering (gemakkelijk in het Register te vinden) van af de bevesti-

Tijdschriftenbank Zeeland

Archief | 1938 | | pagina 145