91
Andreae in zijn Bijdragen tot de Ndl. Rechtsgeschiedenis,
1914, II, 109/10 ook naar de Keur van Florens den Voogd,
a. 1256/ 8, art. 31 „quicumque contradixerit inquisitionem de
furto vel rapina infra domum suam vel munitionem suam",
wat j° art. 32 vertaald moet worden met „in zijn huis en
werf"bovendien nog naar R.G.Z., I, 108 II, 178, en naar
art. 31 van de Willekeur der VI hoofddorpen van Waterland
a. 1676, tegen het onrechtmatig weggraven en verdelven van
de hofsteden ende werven. Die vbb. kunnen gemak
kelijk nog vermenigvuldigd worden in het kader van deze
verhandeling worden zij echter geacht te volstaan.
W e r f in de Zeeuwse Keur is dus een door den ambachts
heer voorbehouden perceeltje land, bestemd om betimmerd te
worden. Als een den ambachtsheer toebehorend terrein is het
een „vroon" als vrij van bede en dijkgeschot is het een
,,v r ij 1 a n d" als terrein om ter betimmering te worden uit
gegeven is werf synoniem van voorhof en hofstad
(-stede) 1
Wat nu de betekenis A: heuvel, berg betreft, kunnen
wij ook met een paar vbb. uit de Overlopers genoegen nemen
Ovl. Oost-Wtr., a. 1589 2block bezuyden der Gapinghe
kercke, f. 306v „een stuck wesende een w e r f f". Hiervan
hebben twee heren ieder de helft, 't zij 113 roeden. Deze werf
is bij De Man3de berg no. 9, en ligt op perceel no. 7,
Sectie D, Gemeente Vrouwenpolder. Het is dezelfde berg
waarover in een post van de Rekening extra-ord. Geestelijke
goederen 4) f. 43 gehandeld wordt„Ontvangen van Merten
Ysbrantssen pacht van een half werff gelegen aen den dorpe
bezuiden de Gapingsche kerke, groot 126 roeden", wat groter
1) Zie enigszins andere opvatting bij I. H. Gosses, Rechterl. Org. v.
Zeeland in de M.E., 1917, 108/'9.
2) Ovl. der Oost-Wtr., a. 1589 (Ms. Rijksarchief in Zeeland, Rent
meesters-archieven, no. 5).
3) J. C. De Man, Vluchtbergen in Walcheren (Arch. Zeeuwsch Gen.
VI, 1888, 1 krt., 30(456).
4) Rekening extra-ordin. Geestel. goederen, Walcheren, 1599/1600
(Ms. Rijksarch. in Zeeland, Rekenkamer B, no. 2497, f. 43).